De gouden Olympische medaille levert wielrenner Greg Van Avermaet niet enkel eeuwige roem op maar ook een premie van 50.000 euro. Wat niet veel mensen weten, is dat die premies voor de Olympische medailles betaald worden door de Rijkste Belg. Het is immers het Fonds Baillet-Latour dat de premies uitbetaalt. Dat fonds leeft bij gratie van de familiale aandeelhouders van AB-Inbev, meteen ook de Rijkste Belgen. Na de Olympische Spelen in Londen betaalde het Fonds 159.000 euro uit aan 49 Belgische atleten.
Belgische atleten die goed presteren in Rio de Janeiro ontvangen dezelfde premies als bij de vorige Spelen in Londen. Zo levert individueel goud 50.000 euro (bruto) op, zilver 30.000 en brons 20.000. Daarna daalt de premie tot 10.000 euro (vierde plaats) en 5.000 euro (vijfde tot achtste plaats). Leden van samengestelde teams (zoals de Belgian Tornados en de aflossingsploegen in het zwemmen) strijken een vergelijkbaar bedrag op, de hockeymannen kunnen als lid van een teamsport maximaal 12.500 euro verdienen. De coach heeft recht recht op 25 procent van de premies.
Het Belgisch Olympisch en Interfederaal Comité staat in voor de organisatie van de Spelen in Rio. Het BOIC werkt voor de Spelen van Rio met een budget van 3,225 miljoen euro. In vergelijking met het budget van vier jaar geleden voor de Spelen in Londen (1,8 miljoen euro) gaat het bijna om een verdubbeling. Die budgetverhoging was onder meer nodig om de verre verplaatsing naar Zuid-Amerika te bekostigen.
Het BOIC haalt zijn werkingsmiddelen uit subsidies van de overheid (30 procent) en uit privéfinanciering (70 procent). Het Fonds Baillet-Latour speelt daarbij dus een cruciale rol. Dat Fonds is verankerd in de families de Spoelberch, de Mévius en Vandamme. Het is een kruispunt van geld en macht. U leest er alles over op onze webstite.
