De lingeriegroep Van de Velde, met hoofdzetel in het Oost-Vlaamse Schellebelle, ondervindt aanhoudende moeilijkheden in de VS. In 2007 nam de groep er het retailbedrijf Intimacy over en vormde die vorig jaar om tot Rigby & Peller. Op vergelijkbare basis valt de omzet van Rigby & Peller terug met 9,8 procent in dollar. Enkel de zwakkere euro redt de zaak en zorgt er voor dat de VS alsnog staat voor 8,1 procent groei. Voor het overige zet Van de Velde de traditie verder van geleidelijke omzetgroei.
Van de Velde realiseerde vorig jaar een geconsolideerde omzet van 209 miljoen euro. Dat is 5,4 procent meer dan in 2014, toen de lingeriefabrikant op 198,4 miljoen uitkwam, zo blijkt uit cijfers die het bedrijf bekend maakt. Het is het 18de jaar op rij dat de groep uit Schellebelle een omzetgroei realiseert.
In tegenstelling tot de VS doen de Europese winkels het wel goed, met een omzetstijging van 5,8 procent op vergelijkbare basis. De Duitse winkels wisten 7,1 procent meer te verkopen, de Nederlandse 5,7 procent.
De maatregelen die Van de Velde eind augustus 2015 aankondigde om Rigby & Peller weer vlot te trekken, hebben dus nog niet veel effect. Afgelopen zomer veranderde het bedrijf de keten van naam. De Vlaamse Intimacy-CEO Lode Van Laere werd na drie jaar dienst ontslagen. Van de Velde maakt zijn volledige jaarresultaten eind februari bekend. Dan zal blijken hoe zwaar Rigby & Peller weegt op de winstcijfers.
