“Ik denk wel dat we een kans maken om de opdracht binnen te halen. Ik ben de enige kunstenaar die al meer dan twintig jaar met gotiek bezig is.” Dat zegt een optimistische Wim Delvoye die heeft beslist in te stappen in de internationale architectuurwedstrijd voor de heropbouw van de door een zware brand geteisterde Notre-Dame in Parijs. Centraal daarbij staat de heropbouw van de toren van de kathedraal, het werk van de 19de-eeuwse architect Eugène Viollet-le-Duc. Delvoye noemt zichzelf onbeschroomd “een hedendaagse Viollet-Le Duc”. De kunstenaar stelde een aantal van zijn gotische kunstwerken op in zijn renaissance Kasteel de Bueren in Melle. Maar daarmee botste hij hard met de overheid.
Naast zijn reputatie kan Delvoye ook wel enige referenties voorleggen. “Van zodra het nieuws bekend raakte, kreeg ik van overal ter wereld berichtjes van bevriende kunstenaars en mensen uit de Franse culturele wereld die me aanspoorden om mee te doen aan de wedstrijd. ‘Wie anders kan dit’, klonk het. Ik ben al meer dan twintig jaar met gotiek bezig en bouwde al soortgelijke levensgrote gotische torens voor het Musée Rodin en het Louvre.”, zegt Delvoye. “Door gebruik te maken van hedendaagse industriële technieken, zoals 3D-modeling en lasersnijden, ontwikkelde ik reeds een nieuwe vorm van hedendaagse architectuur. Ik bouwde reeds gotische vrachtwagens, treinwagons en levensgrote torens in gotische stijl. Ironisch genoeg kreeg ik geen vergunning om ze in mijn eigen tuin in Melle tentoon te stellen. Het zou prachtig zijn mochten we nu dus met een team kunnen meewerken aan de heropbouw van de Notre-Dame.”
