De centrale holding van de investeerder Marc Coucke boekte vorig jaar een licht verlies van 0,13 miljoen euro tegenover nog 15 miljoen euro winst het jaar daarvoor. Bottom line blijft het vermogen van Coucke steken op 892 miljoen euro en kan hij dus nog niet terug bogen op het statuut van miljardair. Komt daarbij dat de fiscus 121,5 miljoen euro aan kosten verwierp, waardoor hij meer belastingen moest betalen dan gepland was. Coucke zag zijn statuut van miljardair verdwijnen nadat hij een arbitragezaak verloor inzake de verkoop van Omega Pharma aan de Amerikaanse groep Perrigo. Wanneer hij in 2015 zijn apothekersbedrijf verkocht, zat zijn holding Alychlo nog op een eigen vermogen van 1,35 miljard euro. Maar later moest hij 125 miljoen euro van het overnamebedrag terugbetalen aan Perrigo. Daarnaast werd hij voor de overname van Omega Pharma ook betaald in Perrigo aandelen die ondertussen een heel stuk van hun waarde verloren.
Het is elk jaar een beetje een sport om als eerste uit te kijken naar de jaarrekening van Alychlo, zo genoemd naar de twee dochters van Marc Coucke. Dit jaar gaat die trofee naar de krant De Standaard. Het gaat dan wel om de rekening van het moederbedrijf en niet om de geconsolideerde groepsrekening. En die jaarrekening leert dus dat 2023 geen grand cru jaar was voor Coucke. De krant benadrukt dat de fiscus ook een fors bedrag aan kosten van Alychlo verwierp. Daardoor moest de ondernemer een pak meer belastingen betalen dan uit zijn boekhouding blijkt. Hoeveel belastingen Coucke dan wel heeft moeten betalen, is niet bekend, omdat zijn fiscale aangifte niet publiek is. In de toelichting van de jaarrekening staat alleen dat hij aankeek tegen 121,55 miljoen euro aan kosten die verworpen werden en die hij dus niet fiscaal kon inbrengen. Opmerkelijk, aldus nog de krant, vorige week nog sloot Coucke zich aan bij de kritiek op plannen van formateur Bart De Wever om een meerwaardebelasting in te voeren én de belasting op effectenrekeningen uit te breiden.