Marc Saverys gaat op jacht

m-saverysDe Antwerpse havenondernemer Marc Saverys wil 150 miljoen dollar ophalen op de Amerikaanse beurs Nasdaq. 30 miljoen dollar daarvan wil hij zelf inbrengen, de rest komt van investeerders. Met dat geld gaat hij op overnamejacht. Binnen de 24 maand moeten zijn prooi binnen zijn, zo niet krijgen de investeerders hun geld terug. Een blancochequebedrijf noemt zoiets. Bij Saverys luistert dat naar de naam Hunter Maritime Acquisition en het is gedomicilieerd op de Marshalleilanden in de (fiscaal) Stille Oceaan.



Marc Saverys is vooral bekend vanwege zijn rederij CMB die hij vorig jaar weghaalde van de Brusselse beurs. Zijn plannen om nu een nieuwe operatie op poten te zetten met Hunter Maritime Acquisition worden uiteen gezet in een prospectus die werd ingediend bij de Nasdaq beurs.

Een blancochequebedrijf is een beursgenoteerde schelp waarin een deel cash geld is bijeen gebracht. Het bedrijf wordt geleid door zogenaamde sponsors die 24 maand de tijd hebben om dat geld te gebruiken voor een overname. De investeerders hebben daarbij vertrouwen in de ervaring van de sponsors. Bij Hunter Maritime zijn die sponsors Marc Saverys en zijn zonen Alexander en Ludovic en Benoit Timmermans. De familie wil via CMB-dochter Bocimar Hunter 20 procent van Hunter Maritime aanhouden.

Zoals de naam aangeeft, is de ambitie vooral gericht op de scheepvaartsector. In de prospectus, die de Tijd op het spoor kwam, staan tal van mogelijkheden opgesomd, van de aankoop van bedrijven tot schepen of scheepscontracten. De prospectus verwijst in de eerste plaats naar drogebulkschepen, die steenkool en mineralen vervoeren. Tankerschepen, containerschepen, schepen voor het vervoer van gas (lng en lpg) zijn eventueel ook mogelijkheden. Ook een activiteit buiten de scheepvaart is mogelijk als zich een interessante opportuniteit voordoet. Ook laat het bedrijf verstaan dat het zich na een deal zal omvormen van vennootschap op de Marshalleilanden tot een Belgische.