Nadat de koers van het beursgenoteerde groentenbedrijf Greenyard vrijdag werd opgeschort, incasseert het aandeel vandaag een klap van 37 %. Aanleiding is een rapport waarin wordt gesteld dat er de voorbije drie jaar negen Europeanen zijn overleden aan een listeriabesmetting, gelijkaardig aan een besmetting die werd vastgesteld in de Hongaarse Greenyard-fabriek. Daarop riep het bedrijf alle producten uit die fabriek terug, ook in België. Hoofdaandeelhouder en drijvende kracht achter het bedrijf Hein Deprez ziet zijn vermogen tegenover een jaar terug met meer dan 60 % terugvallen, van 430 miljoen naar 155 miljoen euro.
Hein Deprez ging meer dan 20 jaar terug van start als eenvoudige champignonkweker. Waarom champignons? Omdat die op een beperkte, kleine oppervlakte de grootste toegevoegde waarde leveren. Deprez, afkomstig uit een West-Vlaamse landbouwersfamilie, begreep snel dat je met groenten enkel rijk kon worden wanneer je zeer grote volume verzet. Met kleine winstmarges. Dus bouwde hij Greenyard uit tot een Europese gigant, via fusies en via veel bankschulden. En via dag en nacht hard werken.
Die volumestrategie keert zich nu tegen Deprez. Historici en cultuurfilosofen weten dat monocultuur en grote volumes gemeenschappen extra kwetsbaar maken voor epidemies. Een nieuwe agressieve listeriabesmetting, vastgesteld in de diepvriesfabriek van Greenyard in Hongarije werd daarmee op slag een Europees probleem. Niet enkel erwten en wortelen werden in grootwarenhuizen uit de diepvriesvakken gehaald, ook bereide maaltijden met groenten als minimaal onderdeel werden teruggeroepen voor vernietiging.
Het einde van de tunnel voor Hein Deprez is nog niet in zicht. Bij de uitbouw van zijn bedrijf wist hij zijn vastgoedinvesteringen dikwijls los te koppelen van zijn exploitatiebedrijvigheid binnen Greenyard. Dat leverde hem soms kritiek op als zou hij vooral zichzelf verrijken. Misschien wordt dat nu zijn redding.