Familie Luc Tack [32]

Luc Tack

Vermogen € 1 342 500 000
Gekend als Picanol
Activiteit Textielmachines
Inplanting Ieper
Tendens Stijgend
Huidige positie 32


Wanneer hij 18 jaar werd, liet de nu 63-jarige Luc Tack zich meerderjarig verklaren. In 1980 moest je nog 21 zijn om een handelsregister aan te vragen. Maar daar wou hij niet op wachten. Hij wou gewoon starten met zijn eigen bedrijf. En nu is dat nog steeds zo. De ondernemer Luc Tack is niet de man van de ronkende verklaringen. Ooit gevraagd welke eigenschappen een goede ondernemer moet bezitten, antwoordde hij droogjes: ‘Ik ben daar niet mee bezig. Voor mij tellen maar drie dingen: het bedrijf, het bedrijf en het bedrijf.’ Met weinig woorden staat hij wel voor enkele oneliners. “Niet kakelen maar eieren leggen.” is er daar één van. “’Ofwel ga je vooruit, ofwel ga je achteruit. Stilstaan is ook achteruitgaan.” is er nog een.

De voorbije jaren kwam Tack centraal in de belangstelling te staan met de overname van de beursgenoteerde bedrijven Picanol uit Ieper, producent van textielmachines, en het chemiebedrijf Tessenderlo. Tot twintig jaar terug klonk de naam Steverlynck als een klok in industrieel Vlaanderen. De familie was immers eigenaar van het beursgenoteerde bedrijf Picanol, met hoofdzetel in Ieper, een wereldleider in de productie van weefmachines. Interne verdeeldheid binnen de familie, te weinig flexibiliteit bij het management en slechte reacties op de wijzigende markt brachten het bedrijf echter naar de rand van de afgrond. Luc Tack slaagde erin een volledig industrieel debacle te voorkomen. In 2005 stapte hij in het bedrijf Picanol. Vier jaar later controleerde hij 90 procent van het bedrijf en organiseerde hij de sanering. ‘Het Picanol van Tack is een totaal ander Picanol dan dat van enkele jaren geleden’, zo schreef De Tijd op dat moment. Toen de familie
Steverlynck nog de plak zwaaide, gaf het persconferenties in het Brusselse sterrenrestaurant Comme Chez Soi of in de ‘familievilla’ in Ieper, bij een driegangendiner met zilveren bestek, ver weg van de weefgetouwen. Met Tack worden de jaarcijfers toegelicht in de toonzaal met een PowerPointpresentatie en koffie achteraf. Dichtbij de machines die voor Tack de essentie van het bedrijf zijn. De technologie die hij in de kijker wil zetten.

Luc Tack bouwde een divers netwerk van vennootschappen uit, eerst met Oostrowood, een producent van houten vloeren. Wanneer hij aan het einde van de jaren 80 trouwde met de dochter van textilien Roger Clarysse raakte hij ook geïnteresseerd in textiel. In 1990 kocht hij de interieurstoffenfabrikant Ter Molst, in 1992 de matrasstrijkproducent Monks. Hij wordt erom geroemd al zijn textielbedrijven doorheen de crisis winstgevend te hebben gehouden. Tack weet ook de media te bespelen. Zo verklaarde hij bij de overname van Picanol dat hij zichzelf geen loon zou uitbetalen, zolang Picanol verlies leed. Hij hield woord. Hij kon de controle verwerven over Picanol door in 2009 een kapitaalverhoging te onderschrijven van 15 miljoen euro. Niemand geloofde toen nog in het bedrijf. Nu heeft Tack zijn investering fors terugverdiend. ‘Ik geloofde in Picanol’, zo zegt Tack nu. ‘Onze technologie is de beste ter wereld, we hebben het compleetste aanbod. Natuurlijk, 2008 en 2009 waren dramatisch en niemand wist hoe lang het ging duren. Ik had op dat moment al flink geïnvesteerd en kon dus twee dingen doen: doorbijten of opgeven. Ik heb me verder  geëngageerd, maar wel met het nodige realisme. Ik heb intern altijd gezegd: met de kapitaalsverhoging is er geld om voort te doen, maar we zijn absoluut niet gered. Vandaag kan ik wel zeggen dat we weer in goeden doen zijn.’ Hetzelfde succesverhaal wou Tack overdoen bij het zwalpende beursgenoteerde chemiebedrijf Tessenderlo. Picanol nam een participatie van 27 procent in het bedrijf en Tack nam het management in handen. Zoveel succes kon niet onbeloond blijven. In 2014 werd Luc Tack uitgeroepen tot manager van het jaar.

Eind 2015 verraste Luc Tack vriend en vijand door een fusie aan te kondigen van Tessenderlo met Picanol. De nieuwe groep kreeg daarbij een beurswaardering mee van 2,1 miljard euro. Het maakte van Luc Tack meteen een miljardair. Maar dat feestje ging niet door. De institutionele beleggers blokkeerden de fusie en Tack moest op zijn honger blijven zitten. Tack trok zich terug en ging discreet aandelen Tessenderlo bijkopen. Zijn controle over het chemiebedrijf steeg van 30 naar 70 procent. In 2022 onderneemt hij zijn tweede poging. Tessenderlo gaat Picanol overnemen. Voor Tack gaat het er om meer controle te verwerven, minder dwarsliggende kleine aandeelhouders te hebben en meer financiële slagkracht te ontwikkelen. De nieuwe operatie brengt zijn vermogen op 1,34 miljard euro.

Het gezin van Luc Tack bestaat uit de ondernemer, zijn echtgenote Francisca Clarysse, drie zonen en twee dochters. Van die twee dochters bouwt alleen Laurie Tack haar carrière uit binnen de groep. Ze studeerde financiën aan de University of Kent, haalde een MBA aan Harvard en werkte enkele jaren in de VS bij de Amerikaanse dochter van Tessenderlo in Phoenix. Ze is verantwoordelijk voor Harmony Industries en de ceo van badstoffenbedrijf Clarysse. Ook matrassenproducent Latexco ressorteert onder Harmony. De hele groep telt 1.500 werknemers. Nu is ze ook bestuurder van Tessenderlo. Ook zus Aurélie Tack was enkele jaren actief in Phoenix, op de communicatieafdeling, maar koos uiteindelijk voor fotografie en design. Van de drie zonen van Tack – Louis, Rémy en Gregory – zijn de laatste twee genoemden actief in de textielgroep. Louis is internationaal actief voor Picanol. Aäron Coone, gehuwd met Laurie en schoonzoon van Luc Tack, is eveneens actief in de groep.