Na de Tweede Wereldoorlog kocht de moeder van Axel Vervoordt enkele huizen in de onderkomen buurt rond de Antwerpse kathedraal. Ze knapte die met weinig middelen op. De panden verhuurde zij aan avant-gardistische kunstenaars. Toen Axel Vervoordt voor de eerste keer de Vlaeykensgang zag was het liefde op het eerste gezicht. Hij was eenentwintig toen hij de steeg opkocht, geld leende bij zijn vader, en aan de restauratiewerken begon. Zo redde hij 16 renaissancepanden van de sloophamer. Meteen was de naam Vervoordt een vast gegeven in vastgoedkringen.
Maar Vervoordt gaat verder dan alleen vastgoed. Samen met zijn echtgenote May bouwt hij een zaak uit die wellicht de belangrijkste antiekzaak van Vlaanderen wordt. Vervoordt zoekt de dialoog op tussen meubels, decoratieartikelen en kunstobjecten. De synergie, de relatie tussen de verschillende elementen van een interieur is voor hem essentieel. De Antwerpse Vlaeykensgang is nog steeds eigendom van de familie. Sinds enkele jaren is er ook een kunstgalerij waarmee hij een forum biedt aan hedendaagse kunstenaars. In de jaren tachtig verhuizen Axel en May Vervoordt naar het kasteel van ’s Gravenwezel dat zij restaureren en eveneens als tentoonstellingsruimte gebruiken. Hun medewerkers hadden er hun kantoren in de bijgebouwen.
Met Project Kanaal langs het Albertkanaal in Wijnegem zet Vervoordt een nieuwe grote stap. De gerestaureerde mouterij huisvest een groot deel van de eclectische kunstcollectie en ook de meubellijn ‘Home Collection’ heeft er een plaats gekregen. Centraal in de mouterij waar vroeger het graan werd gezeefd, staat het imposante kunstwerk ‘At the Edge of the World’ uit 1998 van de Indiaans-Londense kunstenaar Anish Kapoor.
“Ik zal nog niet snel met pensioen gaan, zo zegt Axel Vervoordt in een interview. Maar mijn toekomst is enorm geëvolueerd doordat mijn twee zonen, die gelukkig heel bekwaam zijn, mee in de zaak zijn gestapt. Dick houdt zich vooral met het vastgoed bezig en Boris heeft de kunst- en antiekzaak in handen. Zo heb ik veel meer tijd voor het filosofische en daar ligt nog veel werk op mij te wachten, met het schrijven van boeken en het organiseren van tentoonstellingen en denktanks. Ik houd er ook van om salons te organiseren met fysici, musicologen, artiesten,… Dat is misschien wel mijn grootste inspiratiebron.”