Familie Relecom stapt geleidelijk uit de brouwerijsector

Maité Relecom

De familie Relecom trekt zich strategisch terug uit de actieve brouwerijsector. Zo heeft ze recent haar participatie van 29 % in de Limburgse brouwerij Martens terug verkocht aan de broers Jan en Fons Martens. Eerder verkocht de familie Relecom via haar holding Unibra ook al haar belang van 58 % in de Ethiopische brouwerij Zebidar aan de Franse groep Castel. Unibra blijft wel een belangrijke verkoper van bier, met name als merkhouder van Skol in Afrika. Het verkoopt bier in zes Afrikaanse landen, waaronder Rwanda, Guinee, en Congo.



Drie jaar terug maakten we in primeur bekend dat de familie Relecom in het kapitaal stapte van de brouwerij Martens. De broers Martens gebruikten de opbrengst van die verkoop onder meer om een obligatielening die werd verstrekt door de Chinese groep Fenc versneld terug te betalen. Volgens het blad Trends betaalde Unibra toen 17,14 miljoen euro voor het belang in Martens. Hoeveel de broers betaald hebben om de aandelen terug te krijgen, is niet bekend.

Martens heeft zijn hoofdkantoor in het Limburgse Bocholt en is na AB InBev de grootste Belgische brouwer. De brouwerij boekt 148 miljoen euro omzet. Het veel bekendere Alken-Maes staat op plaats drie met 142 miljoen euro omzet.

Unibra is in handen van Maïté Relecom, de weduwe van Michel Relecom, en hun zoon Thibault. Hij is ook CEO. Waarom Unibra zijn aandelen dan verkoopt, is niet helemaal duidelijk. In een korte schriftelijke reactie klinkt het dat Unibra zijn activiteiten voortaan vanuit Rwanda aanstuurt. De verkoop van de Martens-aandelen wordt in die context logisch genoemd. De klemtoon bij Unibra wordt meer en meer verschoven naar het beheer van vastgoed in Europa en Afrika.