Na zijn legerdienst gaat de jonge Jan Adriaenssens aan de slag als technieker en later aan de receptiedesk bij Jorssen in Wilrijk. Jorssen verkoopt en herstelt BMW’s. Het is daar dat Adriaenssens zijn vrouw leert kennen, de dochter van Jorssen. Op zijn 24ste wordt hij manager bij een VW-Audi-garage die hij ook nog eens kan overnemen. Maar op hetzelfde moment beslissen zijn schoonouders om hun zaak te verkopen. Adriaenssens kiest voor het familiebedrijf, financieel gesteund door zijn vader.
Acht jaar later, in 2000, volgt de expansie met twee nieuwe dealerszaken. De omzet is de voorbije 25 jaar 40 keer groter geworden, en de voorbije tien jaar verdubbeld. Ongeveer de helft van die groei komt van de overname van concessies, de andere helft is organische groei. BMW is met 36 procent de grootste omzetgenerator van de groep. Het is ook BMW dat zorgde voor de groei de voorbije 10 jaar.
Adriaenssens kiest ondertussen ook voor diversificatie in residentieel vastgoed. “Het boeit me. En het is iets dat we sowieso financieel-technisch in de vingers hebben door de ervaring in ons dealervastgoed. We doen dat redelijk conservatief. De schuldgraad op ons vastgoed ligt onder 30 procent.” zegt hij in de krant De Tijd. Ook zijn netwerk van vermogende klanten speelt een sleutelrol. “We hebben veel architecten, makelaars, projectontwikkelaars en grondeigenaars in ons cliënteel. Zij wijzen me op kansen of brengen me in contact met weer andere mensen. Uit de ene business van vertrouwen volgt de andere. Dat aspect is een van de redenen waarom ik het zo graag doe.”