Families Van Belle en Demanet [37]

François Van Belle en Pierre Demanet

Vermogen € 1 273 488 000
Gekend als Puratos
Activiteit Productie van bakkerijgrondstoffen
Inplanting Groot-Bijgaarden
Tendens Stijgend
Huidige positie 37


Het bedrijf Puratos, met hoofdzetel in het Brabantse Groot-Bijgaarden, is doorheen de jaren in stilte uitgegroeid tot een ware multinational. Puratos werd in 1919 opgericht in Brussel als toeleverancier voor de banketbakker. In 1923 lanceert Puratos het brood Pura Malte, het eerste merkenbrood dat geroosterde tarwekorrels gebruikt. De machines waarmee het brood wordt gemaakt, zijn ontwikkeld door professor Picard, bekend van zijn luchtballonconstructies.

Na de oorlog worden François Van Belle en Pierre Demanet directeur bij Puratos. Onder hun bewind wordt de industriële basis van Puratos gelegd: in 1953 lanceren ze de eerste broodverbeteraar, T500, een mengeling van vetten, suikers, enzymen en vitamines. Van Belle was boekhojuder, Demanet was chemicus. In 1975 kopen Van Belle en Demanet via een buy-out 60 procent van het bedrijf over. Die controle is ondertussen opgelopen tot 75 %. 

Een belangrijke stap was de alliantie met T500 Iberica, de Spaanse groep die al sinds 1962 de broodverbeteraar van Puratos verkocht en die in 1997 met Puratos fuseerde. Via hen veroverde Puratos de Latijns-Amerikaanse markt. Bij de fusie verwierven de Catalaanse families 20 procent van de aandelen, tegenover een Belgisch blok van 80 procent. Dat blok is gelijk verdeeld tussen de familie Van Belle en Demanet. Eddy Van Belle en zijn zus Rita delen het Van Belle-pakket.

Momenteel wordt het bedrijf geleid door de tweede generatie met François Van Belle als “pater familias”. ‘Coprem, de onbekende reus’ titelt Trends in 2012. Met meer dan 1,6 miljard euro is Coprem de tweede grootste omzetmaker van de provincie Vlaams-Brabant, na Colruyt. Coprem is actief in 100 landen. Het heeft 59 fabrieken in 44 landen. En de klantenlijst is al even indrukwekkend: Burger King, McDonald’s, Starbucks, Walmart… België staat voor slechts 5 procent van de geconsolideerde omzet maar er werken 1000 van de 7600 werknemers in ons land. In Groot-Bijgaarden bouwde de groep een nieuw wereldwijd O&O-centrum. Naast het hoofdkwartier werd er in 2013 een nieuw onderzoekscentrum gebouwd. Hier worden continue nieuwe producten uitgetest. Zo is er een laboratorium voor smaakanalyse, waar proefpersonen de nieuwe producten kunnen beoordelen.

Hoewel de familie Van Belle oorspronkelijk Nederlandstalig was, is de voertaal in het bestuur Frans. Frans was ook thuis de voertaal. Van Belle woont in Wemmel en is volgens medestanders een echte Belg. Hij heet ook ouderwets te zijn. ‘Zijn secretaresse print zijn e-mails voor hem uit’, zegt een insider.

In de raad van bestuur zit ook ex-Delhaize-directeur Michel Eeckhout, een Franstalige Antwerpenaar. En Moorkens, die de familieraad bijstaat, heeft ook al een uitgesproken Belgisch etiket. Van Belle wordt omschreven als een eenvoudig man ‘met een zware verzamelwoede’. Getuige zijn lijst van musea die hij uitbouwt: een keten van Choco-Story musea over Belgische chocolade naast het frietmuseum in Brugge. Maar Lumina Domestica, een aan binnenverlichting gewijd museum in Brugge, toont een ander facet van Van Belle, dat teruggaat tot zijn kindertijd. Al als klein jongetje vergezelde hij zijn vader François naar antiek- en vlooienmarkten. Daar deed hij een fascinatie voor lampen op. Zijn eerste lamp kocht hij op zijn twaalfde op het Vossenplein in Brussel. ‘Vanaf toen kocht ik alleen maar lampen’, zei hij daar later over. Het werd een obsessie. Van Belle schuimde naar eigen zeggen markten af om in evenwicht te blijven. ‘Als ik voetbalde, tenniste of viste, dacht ik altijd aan mijn bedrijf. Alleen als ik op een vlooienmarkt of bij een antiquair lampen zocht, kon ik mijn gedachten verzetten. Het werd een ziekte, een drug. Ik moest elke week iets kopen. Ik had dat nodig. Ik werkte 70 tot 90 uur per week’, zei Van Belle. Van Belle begon collecties op te kopen omdat ze enkele lampen bevatten die hij graag zag. Hij kocht ook fietslampen, motorlampen, autolampen, kerklampen, mijnlampen – álle soorten lampen. Die verkocht hij later om over te schakelen op binnenhuisverlichting. Met 6.500 lampen heeft hij mogelijk de grootste collectie ter wereld. Hij bracht ze onder in een museum om ze niet verloren te laten gaan voor volgende generaties. Bij de verhuizing in 2007 werden meer dan 1.100 bananendozen met lampen verhuisd naar de nieuwe bestemming.