Pierre Van Der Mersch: afscheid van een eigenzinnig miljardair

Pierre Van der Mersch (Foto: Lieven Van Assche, ID Image)

De Belgische Warren Buffett, zo wordt Pierre Van der Mersch in de financiële pers gemakshalve genoemd. Maar de nu-88 jarige Franstalige beursbelegger Pïerre Van der Mersch is meer dan een copie van Warren Buffet. Van der Mersch is het resultaat van de egoïstische insufficiëntie van de klassieke grootbanken zoals die zich in de tweede helft van de vorige eeuw profileerden. Bij diverse grote beursoperaties werkten die banken lucratieve constructies uit waar enkel zij zelf financieel beter van werden. Kleine beleggers bleven in de kou staan. Van der Mersch counterde dat systeem, zette al zijn respect voor de grootbanken opzij en ging zijn eigen gang. Terecht, zo bleek al snel. Zijn beursgenoteerde beleggingsholding Brederode maakte hem tot miljardair. Gezien zijn afkeer van de grote banken kan het een beetje cynisch klinken dat hij nu op 88-jarige leeftijd zijn mandaat als voorzitter van Brederode doorgeeft aan Bruno Colmant, zelf een product van klassieke bankiers.

Het Brederode-verhaal begon in 1970, toen Van der Mersch met de hulp van vrienden en familie Auxiliaire des Mines kocht, een oude beursgenoteerde steenkoolholding. ‘Dat was ons eerste financiële werktuig dat ons van een hefboom voorzag’, zegt van der Mersch. ‘Brederode is gegroeid door steeds de hefboom te vergroten. Met het ene “werktuig” veroverden we een groter. Maar twee dingen moet je altijd in het oog houden: de winst en de nettoactiefwaarde per aandeel. Dat zijn de barometers, niet de beurswaarde of zo.’ Van der Mersch was een kapitalist in woord en daad. ‘Geld is heilig. Het is het bloed van de economie. Daarom moet je er respect voor hebben’, zei Pierre Van der Mersch daarover. De aandeelhouders van Brederode zullen hem niet tegenspreken.



Als investeerder deelde Van der Mersch ook in de klappen van het Fortis-debacle. ‘Fortis wilde de grootste van Europa worden en betaalde een veel te hoge prijs’, zo zegt van der Mersch daarover. ‘Het dubbele van de normale prijs. Ik ben ervan overtuigd dat de Fortis-toplui niet wisten dat ze voor 40 miljard euro toxische kredieten hadden gekocht. Dat is heel erg. Het is eigen aan het bankiersvak om te weten wat je koopt. En de risico’s te bestuderen. Een bankier die dat niet doet en die zich beroept op ratings van Standard & Poor’s, die moet gefusilleerd worden. Europa wil een eigen kredietratingagentschap. Maar wat zal dat veranderen? Ze zouden beter de ratingbureaus afschaffen. Dan kan iedereen weer voor zichzelf denken.’

Brederode groeide elk jaar met om en bij 15 % in waarde en heeft nu een eigen vermogen van 3,66 miljard euro en vrijwel geen schulden. Typisch is ook dat Van der Mersch niet wil meebesturen in de bedrijven waarin hij belegt. Hij wil zelfs geen zitje in de raad van bestuur. ‘Brederode is een langetermijnbelegger, maar we willen altijd vrij zijn om te vertrekken’, zei hij ooit op een aandeelhoudersvergadering. Het dagelijks beleid van Brederode had hij al in 2006 doorgeschoven naar zijn zoon Axel en zijn schoonzoon Luigi Santambrogio. Opvallend maakte afgelopen najaar Brederode bekend dat ook Axel een stap terugzette ‘om meer tijd te hebben voor het gezin’. Santambrogio werd toen de enige ceo. (Lees verder onder de foto)

Pour la petite histoire: waar komt de naam Brederode vandaan?

Waarom luistert de beursgenoteerde holding van de Franstalige familie Van der Mersch naar de naam Brederode? Eén van de vehikels die Van der Mersch in het begin van zijn carrière opkocht, was de koloniale holding Cotonco. Die besliste destijds om een gebouw op te trekken in de Rue Brederode in Brussel om er zijn personeel in Europa te huisvesten en haar maatschappelijke zetel te vestigen. Dit project werd toevertrouwd aan een ad-hoc filiaal dat bij haar oprichting in 1957 de naam Immobilière Brederode kreeg. Deze naam werd later veranderd in Financière Brederode, en later in zijn huidige, nog eenvoudigere, naam.

Zoals de Brusselaars weten, is de Brederodestraat een smalle en korte straat die langs de achterzijde van het Koninklijk Paleis loopt en het Troonplein met de Naamsestraat verbindt. In die Koninklijke wijk waren indertijd de belangrijkste koloniale ondernemingen van Congo Vrijstaat gevestigd, op een zucht van het kantoor van hun belangrijkste inspirator, koning Leopold II. De buurt was ook al langer zeer aristocratisch daar er in de 19de eeuw adellijke families woonden: Brederode, Culembourg, Egmont, Mansfeld, Marnix, Nassau enz.

De Brederodestraat weerspiegelt dat gouden tijdperk en de onverdraagzaamheid die ermee gepaard ging en in het bijzonder een van zijn illustere helden: graaf Hendrik van Brederode, « de Grote Geus ».