Familie Dossche neemt Nederlandse concurrent over

De graanverwerkende groep Dossche Mills uit Deinze, in handen van de gelijknamige familie, koopt haar Nederlandse sectorgenoot Meneba Holding over. Door de overname ontstaat een groep van 500 medewerkers, die ruim 1,2 miljoen ton tarwe vermaald, goed voor een omzet van 350 miljoen euro per jaar. Dossche haalt nu een groepsomzet van een goede 200 miljoen euro. Opmerkelijk is nog dat beide bedrijven enkele jaren terug door de Nederlandse mededingingsautoriteit werden veroordeeld voor kartelvorming. Dossche betaalde toen een boete van 22,8 miljoen euro. Die financiële pil lijkt nu doorgeslikt te zijn.



Beide bedrijven zijn in dezelfde geografische markten actief, hoofdzakelijk West-Europa, met een gelijkaardige productaanbod gaande van bloem, bloemmixen tot afgeleide producten voor de voedingsindustrie. Maar door samen te gaan, kan er vanuit meerdere locaties een betere service en een breder productgamma worden aangeboden, zo zegt een persbericht. “Tegelijk profiteren we van schaalvergroting. Dat is echt nodig, want de markt van de grondstoffen is erg competitief. Onze klanten zijn naast bakkerijen ook supermarkten. Door groter te worden versterken we onze positie”, aldus topman Kristof Dossche.

Dossche Mills heeft zijn hoofdkantoor in Deinze en beschikt over maalderijen in Deinze, Antwerpen en het Nederlandse Renesse. Meneba is actief vanuit Rotterdam en heeft nog productievestigingen in Avelgem (Ronse) en Amsterdam. Dossche koopt de Meneba-aandelen over van de investeringsgroep Nimbus. Die stapte in 2011 in het kapitaal van het graanverwerkingsbedrijf, dat daarvoor ook de investeringsfondsen Bencis en CVC als aandeelhouder had.