Het systeem dat door Dexia werd opgezet begon in de jaren ’90 en ging door tot aan de ontmanteling van de groep eind 2011. Dat betekent dat Dexia zelfs nadat de groep in september 2008 gered moest worden met 3 miljard euro Belgisch belastinggeld nog jaren klanten hielp om via Panama belastingen te ontlopen.
Het Brusselse hoofdkantoor van Dexia Groep was op de hoogte van het offshoresysteem dat zijn private bank in Luxemburg op poten had gezet. Dat bewijzen onder andere nota’s over de contacten tussen Dexia-mensen in Luxemburg en medewerkers van het kantoor Mossack Fonseca. ‘Elke beslissing moet worden goedgekeurd door het hoofdkantoor in Brussel’, wordt de mail geciteerd. Bovendien zetelden doorheen de jaren tal van Belgen in de raad van bestuur van Dexia BIL, zoals ex-premier Jean-Luc Dehaene en de Dexia-toplui Axel Miller, Stefaan Decraene en François Narmon, zo schrijft de Tijd.
Dankzij de royale steun van de Belgische en Franse belastingbetalers kon Dexia ook na 2008 nog voluit voortgaan met het opzetten van offshoreconstructies in belastingparadijzen.
“De Belgische belastingbetalers hebben reden om zich zwaar bedrogen te voelen, zo schrijft Tijd-commentator Stefaan Michielsen. Dexia is in 2011 uit elkaar gevallen, een aantal van de betrokkenen zijn overleden. Dat belet niet dat deze onfrisse zaak uitgespit moet worden. Wie wist wat wanneer? Waarom konden deze praktijken zolang aanhouden? Waarom heeft nooit iemand aan de alarmbel getrokken? Wie heeft zijn controlejob niet goed gedaan? Het zijn vragen waarop een antwoord moet komen.”