Na de Waalse familie Lhoist, de absolute nummer één, is de familie Collinet nummer twee op wereldvlak inzake kalksteenontginning en verwerking. De familie blikt terug op een geschiedenis die in het midden van de negentiende eeuw start in de Waalse Ardennen met de exploitatie van steengroeven. Nu is Carmeuse een bedrijf van wereldformaat geworden dat actief is in Europa en Noord-Amerika.
Carmeuse nam in 2008 terug de Amerikaanse beursgenoteerde groep Oglebay Norton over. Met een overnamebedrag van 520 miljoen dollar, op dat moment 370 miljoen euro, was dat de grootste overname ooit van de groep uit Louvainla-Neuve. Behalve in kalksteen en kalk is Oglebay Norton ook actief in de ontginning van zand. Het was in 2007 zelfs de op twee na grootste producent van industrieel zand in de VS. Meteen na de overname dacht Carmeuse er al aan de zandactiviteit te verkopen: zand is geen kernactiviteit voor de kalkgroep en er zijn slechts weinig synergiemogelijkheden tussen zand en kalk. In 2011 werd de zandactiviteit effectief verkocht.
‘Wij hebben andere projecten in opkomende markten. Om daaraan te kunnen meedoen heb je een zekere marge nodig’, zegt topman Rodolphe Collinet. Carmeuse bezit 100 kalksteengroeves, kalkfabrieken en verkoopkantoren in 18 landen. In België telt de groep 6 productiesites. Carmeuse heeft nog vestigingen in Noord-Amerika (VS, Canada), West- Europa (Frankrijk, Nederland, Italië, Spanje), Centraal- en Oost-Europa (Turkije, Slowakije, Tsjechië, Hongarije, Roemenië en Bosnië) en Afrika (Ghana). Het telt 4200 werknemers, van wie 10 procent aan de slag is in België. Carmeuse is voor meer dan 60 procent in handen van de vijfde generatie Collinets, die met Rodolphe nog altijd de topman levert. De investeringsmaatschappij Cobepa bezit 20 procent. Een groep investeerders gelieerd aan Cobepa bezit 5 procent. Cobepa is eigendom van Cobehold, die voor circa 50 procent wordt gecontroleerd door de familie de Spoelberch. Topman Rodolphe Collinet wil dat Carmeuse zo lang mogelijk een familiebedrijf blijft.
In 2013 zette Carmeuse zijn eerste productiestap buiten Europa en Noord-Amerika. Zo investeerde ze in een kalkmijn in Oman om de Indiase markt te bewerken. Momenteel zou er op de Europese en Noord-Amerikaanse markt geen grote groeivooruitzichten zijn, daarom wil de kalkgroep haar pijlen volledig op de groeimarkt India richten. In 2016 volgden nog overnames in Thailand en Brazilië.