OPTIMA – Jeroen Piqueur tart het lot en vraagt een proces

Jeroen Piqueur

Jeroen Piqueur, de gevallen topman van de failliete Optima Bank, vreest voor de verjaring van het onderzoek naar de ondergang van de bank vier jaar geleden. “Waar wacht men nog op?”, zegt Piqueur, die denkt dat het parket het niet tot een proces wil laten komen. Daarmee doorbreekt de man na vier jaar het stilzwijgen. “Dat hij nu wel met de pers mag praten, is het gevolg van een administratieve fout van een magistraat die te laat reageerde op zijn verzoek om het spreekverbod op te heffen. Het dossier dreigt nu te verjaren en dat wil Piqueur absoluut vermijden, omdat de ware toedracht in de saga omtrent het faillissement van Optima dan nooit aan het licht zou komen.” Dat Piqueur zelf de traagheid van justitie aankaart is uitzonderlijk. Verjaring of overschrijding van de redelijke termijn speelt doorgaans altijd in het voordeel van de verdachten.

Ik begrijp nog altijd niet waarom de bank in faling ging. Het lijkt wel alsof men er alles aan heeft gedaan om Optima klein te krijgen.” zegt Piqueuer over de bank die in 2016 failliet ging. Hijzelf, zijn zoon Ruben en dochter Rebecca, werden in december 2017 tijdens de kerstdagen door de onderzoeksrechter in Gent aangehouden. Jeroen Piqueur werd in verdenking gesteld voor misbruik van vennootschapsgoederen, witwasmisdrijven, bedrieglijk onvermogen en inbreuken op de bankwetgeving. De Gentse kamer van inbeschuldigingstelling besliste eind december 2017 om hem vrij te laten onder voorwaarden in afwachting van een proces, maar het onderzoek sleept nog altijd aan. De hele zaak ging van start nadat de Nationale Bank in juni 2016 aanwijzingen van strafrechtelijke inbreuken overmaakte aan het parket van Oost-Vlaanderen. Jeroen Piqueur verloor daarbij zo wat al zijn bezittingen.