We schrijven 2016. Bocimar, een dochter van de rederij CMB in handen van Marc Saverys, verkoopt het Belgische schip de Mineral Water aan een discrete tussenpersoon. Die laat het zeeschip van 170.000 ton uitvlaggen naar Niue, een eilandje en exotische belastingparadijs in Polynesië dat nauwelijks 2.000 inwoners telt. Van daaruit wordt het schip naar het strand van Chittagong in Bangladesh gebracht om er te worden ontmanteld. Probleem is dat CMB daarmee de Europese regels voor sloop van zeeschepen omzeilt. In Bangladesh worden geen arbeidsreglementen gevolgd. De ngo Shipbreaking Platform sleept CMB voor de rechter. “Het is misschien niet sympathiek, maar mijn cliënt heeft niets illegaals gedaan.” zegt de advocaat van CMB.
De sloopstranden in Bangladesh hebben een jammerlijke reputatie van milieunormen en arbeidsvoorwaarden die niet worden gerespecteerd. Volgens Shipbreaking Platform voerde CMB een planmatige strategie uit om de Mineral Water in Bangladesh te krijgen, buiten de Europese regels om. De ngo diende klacht in bij het Antwerpse gerecht. Na een langlopend gerechtelijk onderzoek steunt het openbaar ministerie nu grotendeels die stelling, zo bleek tijdens een eerste zitting. Interne mails en documenten tonen volgens het parket aan dat Bocimar en moeder CMB via een ingewikkelde constructie de toen geldende milieuwetgeving probeerden te omzeilen. En dat, volgens de aanklager, ‘louter om winstmaximalisatie’. De ontmanteling van het 170.000 ton grote schip in een droogdok in Europa, waar wel strenge milieu- en arbeidsregels gelden, zou immers veel meer geld kosten.
De advocaten van de rederij, Filiep Deruyck en Tom Bauwens, stellen dat Bocimar, CMB en de familie Saverys ten onrechte in een slecht daglicht worden gesteld’. CMB koos ‘om economische redenen’ voor een sloopstrand in Bangladesh. Dat is geen misdrijf. ‘Wat CMB gedaan heeft, is misschien niet sympathiek, maar het was op dat moment niet strafbaar.’ aldus de advocaten. De correctionele rechtbank in Antwerpen moet zich op 25 juni uitspreken over het dossier. Bij een veroordeling riskeren CMB, Bocimar en een aantal betrokkenen een boete en de verbeurdverklaring van de uitgespaarde sloopkosten. Volgens het parket bedragen die uitgespaarde sloopkosten minstens 2,5 miljoen euro, volgens de advocaten van CMB 1,3 miljoen euro, zo schrijft De Standaard.
Het dossier staat alvast haaks op de strategie van de familie Saverys om te investeren in duurzame economie. Met hun holding Durabilis willen ze duurzame landbouwprojecten ondersteunen in Afrika en Latijns-Amerika.
UPDATE
Eind juni 2021 sprak de rechtbank van eerste aanleg in Antwerpen CMB en alle betrokkenen vrij. In 2016 waren de Europese milieuregels volgens de advocaten van CMB niet van toepassing op de Mineral Water omdat het Belgische bulkschip zich op het moment van de beslissing om het uit de vaart te halen niet in Europese wateren bevond. Met andere woorden: de vlag en de plaats van beslissing bepaalden destijds niet welke Europese milieuregels van toepassing waren: wel de locatie van het schip. De rechtbank volgde die redenering. Bovendien dekte de toenmalige Europese wetgeving volgens de verdediging in 2016 nog niet alle situaties: pas in 2019 trad een Europese verordening in werking die expliciet vermeldde dat alle schepen onder Europese vlag onder de strenge sloopregels vallen. En ook van bewuste misleiding door CMB is volgens de advocaten geen sprake.