NIEUW – Wisselkoersen duwen Sarens terug in verliescijfers

De grootste kraan ter wereld, Big Carl genoemd naar bestuurder en technisch directeur Carl Sarens, kan tot 5.000 ton heffen en kostte 36 miljoen euro. De kraan werd volledig zelf gebouwd door Sarens en werd in 2019 voor het eerst ingezet bij de bouw van de Britse kerncentrale Hinkley Point C. (Foto: Sarens)

De groep Sarens, specialist in zware kranen en in voor 78 % in handen van de gelijknamige familie, sluit het boekjaar 2020 af met een verlies van 12 miljoen euro. Dat getal steekt schril af tegen de winst in 2019 van nog 17 miljoen euro. Die winst in 2019 was een kentering na jaren van verliescijfers. Maar Sarens slaagde er niet in door te zetten op dat momentum. De verliescijfers van vorig jaar spruiten voor uit 26 miljoen euro aan wisselkoersverliezen. Covid zorgde voor een daling van de groepsomzet van slechts 4,5 % om uit te komen op 628 miljoen euro. De vrije cash flow, bedrijfswinst plus afschrijvingen, bedraagt 149 miljoen euro tegenover 153 miljoen in 2019. 22 % van Sarens is in handen van de durfinvesteerder Waterland. In februari maakte die bekend dat hij “alle strategische opties” nagaat voor die participatie. Dat wil zoveel zeggen als dat er een exit wordt gezocht.

Sarens is wereldwijd actief in grote bouwwerken waarbij het gespecialiseerde kranen inzet. Een groot deel van die buitenlandse opdrachten worden verrekend in dollar. In 2020 kon Sarens tegenover 137 miljoen euro wisselkoerskosten slechts 111 miljoen wisselkoersopbrengsten plaatsen. In 2019 was die rekening nog positief voor bijna 7 miljoen.



In februari van dit jaar haalde Sarens nog 300 miljoen euro op met een obligatie, waarmee het 250 miljoen euro aan oude obligatieschulden afloste en andere leningen deels terugbetaalde. Op die nieuwe obligatielening betaalt Sarens een rente van 5,57 procent. Alain Bernard, de voormalige CEO van de baggergroep DEME, is sinds april 2019 bestuurder bij Sarens. Hij verving Johan Beerlandt, de voorzitter van de bouwreus Besix.