Frank Monstrey is geboren en getogen in de Oostendse regio. Hij studeerde bedrijfseconomie aan de KU Leuven en trok daarna één jaar naar het buitenland met het Prins Albert-Fonds. Met die ervaring vestigde hij zich voor de toenmalige Generale Bank in het Turkse Istanbul. Hij deed er aan projectfinanciering voor Turkije en Centraal Azië en leerde de olie- en gassector kennen.
In 2004 kocht Monstrey een klein olie- en gasbedrijf in Uralsk, in het noordwesten van Kazachstan dicht bij de Russische grens. Naar eigen zeggen kocht hij het bedrijf in een vlaag van verbijstering. Het bedrijfje produceerde amper 800 vaten olie per dag en had een beperkte reserve van 28 miljoen vaten. De olie werd opgepompt en via spoor, pijpleidingen en deels de Zwarte Zee naar Europa gebracht. Kazachstan ligt immers ver weg. En dan brak de ondernemer in Monstrey los. Nostrum werd geboren. Tussen 2004 en 2011 zette Frank Monstrey een ambitieus investeringsplan op. Via kapitaalverhogingen en obligaties haalde hij 1,2 miljard dollar op. Nostrum kreeg een beursnotering op de London Stock Exchange.
Vandaag pompt Nostrum 46.000 vaten per dag op en ondertussen is er een reserve van bijna 600 miljoen vaten. De reserves zijn het activa van de onderneming want het laat toe op langere termijn te produceren. Het is de ambitie om de productie tegen eind 2016 te verdubbelen tot 100.000 vaten per dag. Daarvoor is nog eens eenzelfde ambitieuze investering nodig. Olie en gas is inderdaad een kapitaalintensieve business en daar maakt Monstrey naar eigen zeggen met zijn bankervaring het verschil.
Frank Monstrey controleert via de Nederlandse holding Claremont 27 procent van Nostrum. Het bedrijf is nu één van de 250 Footsie-aandelen met kantoren in Brussel, Amsterdam en Londen waar alle expertise over olie- en gasontwinning zit. Het bedrijf is gegroeid van 50 mensen naar 1.200 medewerkers.
Frank Monstrey pendelde lang tussen Europa en Centraal-Azië als voorzitter en mede-eigenaar van een middelgroot beursgenoteerd oliebedrijf. Tijdens een bezoek van een Voka-delegatie aan Kazachstan wordt hem gevraagd naar de sleutel van zijn succes is. “Ik heb het geluk gehad de juiste mensen te ontmoeten op het juiste moment met de juiste expertise, zegt Monstrey. Maar ik heb die mensen wel moeten overhalen om met mij dit project te beginnen. Ik heb veel geluisterd en veel geleerd van anderen want over olie wist ik niet zoveel. Daarom moet je ook partnerships uitbouwen en investeren in netwerken. Zelf moet je focussen op wat je het best kan.”
Nostrum is een ware cash cow. Zelfs in een relatief zwak jaar zoals 2014, met een lage olieprijs, haalt het bedrijf een netto winst van 146 miljoen dollar tegenover 213 miljoen in 2013. Nostrum voert een sterk dividendbeleid waarbij minsten 20 % van de winst wordt uitgekeerd aan de aandeelhouders. De voorbije vier jaar cumuleerde het echtpaar Monstrey-Noe op die manier bruto 65 miljoen dollar aan dividenden. Een deel van die middelen heeft Monstrey opnieuw geïnvesteerd in vastgoed in België en Nederland. Het meest opmerkelijke daarvan is het project Sterea in Sterrebeek. Monstrey vormt er de oude paardenrenbaan om tot een golfresort, inclusief een hotel, 125 appartementen en 7 luxevilla’s.
Maar in maart 2017 komt er een abrupt einde aan dit mooie sprookje. De ‘High Court’ in Londen spreekt zich uit in een aanklacht geformuleerd door de Kazachse BTA Bank tegen “Mukhtar Ablyazon en anderen”. Mukhtar Ablyazov is de Kazachse bankier die verantwoordelijk wordt gesteld voor het verdwijnen van minstens 5 miljard dollar uit de Kazachse BTA Bank. Monstrey ziet hoe zijn Nostrum-aandelen geblokkeerd worden door de rechtbank. Korte tijd later legt hij zijn mandaat van uitvoerend voorzitter bij Nostrum neer en is hij zijn aandelen kwijt. Is Monstrey een stroman van Ablyazov? Neen, zegt hij zelf. In hun verdediging tegen Ablyazov werden door BTA Bank aan de Britse rechtbanken vragen gesteld om zo breed mogelijk activa te bevriezen waar Ablyazov bij betrokken is. Het is dan aan de tegenpartij om te bewijzen dat ze niets te maken hebben met de Kazachse oligarch. Frank Monstrey zag hoe in dit kader zijn participatie in zijn olieraffinaderij Nostrum Oil werd bevroren. Aangezien dergelijke zaken jaren aanslepen, was de beste oplossing dan ook een compromis uit te werken met BTA Bank, wat ook is gebeurd. In de kering der dingen werd Monstrey meteen ook getuige in de zaak. Dat kan zowel als getuige ten laste als ten ontlaste van Ablyazov zijn. Maar gezien het compromis met BTA lijkt dat eerder als getuige ten laste te zijn.
