Tussen 1870 en 1914 financierde, bouwde en exploiteerde België, in die tijd een van de belangrijkste financiële en industriële grootmachten, honderden kilometers trein- en tramlijnen over de vijf continenten. Het westerse superioriteitsgevoel en de koloniale ambities van koning Leopold II waren de belangrijkste drijvende krachten achter deze ondernemingen. In China kwam dit avontuur tot uiting in de aanleg van de spoorlijn tussen Peking en Hankou en een tramnetwerk in Tianjin. In hun boek ‘A Belgian passage to China (1870-1930)’ brengen Johan Mattelaer en Mathieu Torck twee bijzondere projecten uit die periode in tekst en beeld naar voor. Ze deden, daarbij ook beroep op de expertise van twee van De Rijkste Belgen.
‘A Belgian passage to China (1870-1930)’ brengt een vergeten episode uit de overzeese geschiedenis van België terug onder de schijnwerpers. Het belicht twee specifieke projecten. François Nuyens verliet Gent in 1905 naar de stad Tianjin, waar hij een elektriciteitscentrale en een tramnetwerk bouwde. In een goed gedocumenteerd dagboek schrijft Nuyens zijn indrukken van zijn verblijf in China tussen 1905 en 1908. De broers Philippe en Adolphe Spruyt, beiden doktors, reisden naar China om toezicht te houden op de medische dienst op de spoorwegwerven tussen Peking en Hankou. Ze kwamen terug met koffers vol Chinese oudheden. Hun interessante correspondentie en meer dan 1.200 fotografische glasplaten bieden een unieke inkijk in het dagelijkse leven van China aan het begin van de 20e eeuw.
Johan Mattelaer, gepensioneerd uroloog en auteur, deed voor zijn opzoekingswerk beroep op onder meer Patrick Maselis, een wereldreiziger die met China vertrouwd is. Komt daarbij dat Maselis een gedreven filatelist is en dus vanuit die hoek ook een eigen historische bijdrage kon leveren. De inbreng van Thomas Baert is meer gebaseerd op hedendaagse ervaring. Baert stampte immers meer dan tien jaar terug een fabriek voor houten vloerbekleding in China uit de grond, één van de grootste Belgische investeringen ooit in het land. Thomas Baert wijst in zijn bijdrage onder meer op de meer recente grote China investeringen van onder andere beeldschermspecialist Barco, audiobedrijf Televic, de Haven van Zeebrugge, machinebouwer Vandewiele en ketelbouwer Vyncke.
Het boek ‘A passage to China (1870-1930)’ is uitgegeven bij Sterck & de Vreese. .
