Claude de Clercq was als waterski kampioen in 1957 te gast in de Verenigde Staten. Hij zag er de eerste ondergrondse parkeergarage en was meteen wild van het concept. Terug in Brussel bouwde hij meteen de eerste parkeergarage, klaar voor de Wereldexpo van 1958. Maar de Belg had het niet zo begrepen op dit nieuwe concept en de garage bleef leeg. De Clercq ging bijna failliet. De redding kwam van de groep Volkswagen. Die was op zoek naar een parkeerplaats voor 700 nieuwe Kevers. Het jonge bedrijf was gered.
Later volgden de overheidsinstellingen als huurder. Al snel sloot de familie De Clercq daarbij een akkoord met Charly De Pauw. In een 50/50-verhouding werden nieuwe grote parkings aangelegd, veelal onder het goedkeurend oog van de Brusselse toppoliticus Paul Van den Boeynants. In dat Brusselse milieu heerste in die jaren de wet van de gelijklopende ondersteuning. Zo was bijvoorbeeld Georges De Graeve jarenlang bestuurder in een aantal parkings van de groep.
De Graeve was niet alleen voorzitter van de Belgische Petroleumfederatie maar ook erevoorzitter van de oliegroep BP. Het was dan weer BP die in 1989 DEP-General Meat Products overnam, het vleesverwerkend bedrijf waarvan Christian Van den Boeynants, de zoon van Paul, gedelegeerd bestuurder was. Wanneer De Pauw zijn oog liet vallen op de Brusselse Noordwijk, stapte hij uit de parkingbusiness die werd omgevormd tot Interparking.
Ondertussen is Interparking uitgegroeid tot een Europese groep, aanwezig in 340 steden. Tel daarbij de parkings in luchthavens, ziekenhuizen en commerciële centra die worden uitgebaat in de rand rond deze steden, dan heb je het over 670 parkings en meer dan 302.000 parkeerplaatsen (waarvan 94.000 parkeerplaatsen op de openbare weg) verdeeld over Duitsland, Oostenrijk, België, Spanje, Frankrijk, Italië, Nederland en Roemenië. Zij vertegenwoordigen een omzet van 300 miljoen euro, waardoor Interparking een plaats in de topdrie onder de Europese marktleiders bekleedt.
De familie De Clercq bouwde haar belang in de groep af tot 10 procent. Een deel van de opbrengst van de verkoop van haar belang in Interparking is gerecycleerd in de holding Imocobel en wordt voorzichtig herbelegd. Vastgoedgroep AG Real Estate heeft de overige 90 procent in handen. In 2014 verkocht de vastgoedgroep 39 procent van hun participatie aan de Canada Pension Plan Investment Board.
In 2014 stapte de familie volledig uit Interparking. Die uitstap had twee oorzaken. Enerzijds werkt de familie aan de overdracht van haar vermogen naar de derde generatie, anderzijds kan AG Real Estate nu ongestoord de overname afronden van haar Spaanse concurrent Saba, een operatie die staat voor een waarde van 1,3 miljard euro. De nieuwe groep wordt daarmee meteen de nummer twee in Europa inzake exploitatie van parkeergarages. AG Real Estate behoudt de controle van de nieuwe groep met 51 % van de aandelen.
Anne en Yves De Clercq, de kinderen van Claude De Clercq, bouwden Interparking uit tot een bedrijf van Europees formaat samen met AG Real Estate. Ondertussen werd ook gediversifieerd in bedrijven buiten de vastgoedsector. Vier jaar terug hebben de twee kinderen van Claude De Clercq samen in een 50/50 verhouding de nieuwe holding AYDC opgericht. Die kreeg een kapitaal mee van 110 miljoen euro. Broer en zus De Clercq zijn daarbij beiden naakte eigenaars terwijl hun respectievelijke kinderen vruchtgebruik hebben. AYDC overkoepelt de familiale patrimoniumholding Imocobel. Die laatste bracht in 2019 een bod uit op 98 % van de farma-distributeur Medi-Market. De farma distributeur werd daarbij gewaardeerd op 75 miljoen euro. De 10 % participatie van de familie De Clercq in Interpartking zat niet in Imocobel maar in de holding Parkimo. Globaal is de familie iets meer dan 300 miljoen euro waard. Medi-Market van zijn kant is een ernstige game changer. De groep verkoopt in zijn supermarkten gezondheidsproducten en voorschriftvrije geneesmiddelen.