Familie Fabri [105]

Vermogen € 273 000 000
Gekend als Socfin
Activiteit Exploitatie van palmolie en rubberplantages
Inplanting Genève en Luxemburg
Huidige positie 105


Zowel de vader als een grootoom van de in 1953 geboren Hubert Fabri waren belangrijke bankiers. Die grootoom is Charles Fabri, de man die in 1935 vice-voorzitter wordt van de Banque de la Société Générale. Vanuit die functie zal hij er van worden beschuldigd zich speculatief te hebben verrijkt op de devaluatie operaties die werden doorgevoerd door de regering onder leiding van de katholieke premier Paul Van Zeeland. Fabri ontkent de aantijgingen maar zal wel bijna ten onder gaan aan die strategie. Hij kocht immers massaal buitenlandse waardepapieren bij de Banque Mendelsshon om te ontsnappen aan de Belgische frank. Maar wanneer die Banque Mendelssohn later kapseist, kan Fabri zelf maar ter nauwer nood overleven.

De familie Fabri bouwt daarna haar vermogen uit rond de familiale Private Kas Bank, Caisse Privée in het Frans. Die groeide uit tot een belangrijke vermogensbankier van vooral adellijke Belgische families in het interbellum. De bank was in handen van de holding Socfin. Die controleerde niet enkel Private Kas Bank maar ook de koloniale plantagebelangen die de familie had opgebouwd in samenwerking met koning Leopold II in Congo. Het zal echter de bank zijn die de familie eind vorige eeuw in nauwe schoentjes brengt. (Lees verder onder de foto)

De katholieke politicus Paul Van den Boeynants, de gedoodverfde belichaming van de oude politieke cultuur en het Brusselse “ons kent ons” netwerk.

Een deel van het vermogen van politicus en vleeshandelaar Paul Vanden Boeynants, ook gekend als VDB, gewezen CVP/PSC-premier en vooral bekend geworden als minister van Landsverdediging, werd beheerd door de Caisse Privée. Het was een huiszoeking bij deze bank, in maart 1983, die het gerechtelijke onderzoek naar VDB aan het rollen bracht. Het parket van Brussel beschuldigde VDB van 137 vooral fiscale feiten. Dat leidde uiteindelijk tot de veroordeling van VDB in 1986 wegens fiscale fraude. De rechter noemde hem “een onverbeterlijke en verstokte fraudeur”, een blamage die nadien ongedaan werd gemaakt omdat VDB eerherstel vroeg en kreeg. De hele “affaire” verhinderde wel dat VDB burgemeester van Brussel werd, één van zijn grote politieke ambities. (Lees verder onder de foto)

Giancarlo Parretti, veroordeeld als witwasser van de Italiaanse maffia, sloeg zijn klauw op Socfin, de familieholding van de familie Fabri.

In 1987 kwam een deel van de Fabri-moederholding Socfin terecht bij de Italiaanse maffia witwassers Giancarlo Parretti en Florio Fiorini. Met hun holding Sasea probeerden die de Belgische bank BBL binnen te halen. Dat mislukte echter. BBL zat op dat moment verankerd in de groep rond Albert Frère. De Italiaanse financiële criminelen slaagden er wel in de Franse filmgroep Pathé Cinéma in handen te krijgen. In Socfin waren ze niet echt geïnteresseerd. Ze verkochten hun participatie aan de toen jonge Franse zakenman Vincent Bolloré. Die was berucht om zijn vijandige overnames in de Franse bedrijfswereld. Hij zou uitgroeien tot een vaste partner van Hubert Fabri.

Ondertussen liep de Private Kas Bank van het ene avontuur in het andere. Zo was de bank slachtoffer van het faillissement van de beursgenoteerde vastgoedgroep Comuele, een holding met een koloniaal verleden, die gecontroleerd werd door de Antwerpse diamantair Arthur Fogel en de New Yorkse advocaat Bruno Goldberger. Toen aan het licht kwam dat Comuele via de Antwerpse tradingfirma M&S International banden had met de Russische maffia, stuikte de groep in de zomer van 1995 als een kaartenhuisje in elkaar. De schuldeisers, waaronder Private Kas Bank en Anhyp, keken aan tegen een put van niet minder dan 8 miljard frank of 200 miljoen euro. Met de steun achter de schermen van Albert Frère werd Private Kas Bank ultiem overgenomen door de bank BBL, nu ING, uit de Frère-groep.

Hubert Fabri plooide zich samen met zijn zakenpartner Vincent Bolleré terug op de plantage activiteiten in Afrika en Azië. In België bleef Hubert Fabri achtervolgd worden door zijn verleden, en door de Brusselse onderzoeksrechter Jean-Claude Van Espen. (Lees verder onder de foto)

Na de financiële crisis van 2007 en 2008 surften Fabri en Bolloré mee op de steeds hogere golven van de palmolie- en rubberindustrie. Tussen 2009 en 2015 groeide hun landbouwareaal met 40 % aan van 129.658 hectare tot 185.324 hectare. Globaal controleert Socfin 400.000 hectare gronden.

Deze felle groei in Afrika en Azië bleef niet onopgemerkt. Al snel liep Socfin in de kijker bij verschillende NGO’s. Die documenteerden een aantal gevallen waarbij Socfin lokale autoriteiten al dan niet legaal zou hebben benaderd om gronden te verwerven of vergunningen te verkrijgen. Dat leidde in een aantal gevallen ook tot gewelddadige confrontaties tussen lokale NGO’s en de overheden. Zo werden in Sierra Leone zes leiders van de locale NGO Maloa veroordeeld wegens samenzwering en vernietiging van palmolieplantages, iets wat ze ten andere heftig ontkennen.

Socfin wordt achtervolgd tot in Luxemburg waar de holding na haar vertrek uit België heen is getrokken. Verschillende NGO’s hebben Socfin gedagvaard voor de lokale contactpunten van de OESO, de vereniging van rijke landen die economische gedragsregels poneert zonder die evenwel juridisch hard te kunnen maken. (Lees verder onder de foto)

In 2016 dringen actievoerders van de Belgische NGO Fian B binnen op de algemene vergadering van Socfin in Luxemburg. Ze publiceren een videoreportage over deze actie. Hubert Fabri wordt onherkenbaar gemaakt op deze beelden. Het komt nooit tot een echte dialoog tussen beide.

Ultiem is het de Brusselse onderzoekrechter Jean-Claude Van Espen die Hubert Fabri zal voor de rechtbank brengen wegens een dossier van actieve corruptie in Guinee. Van Espen, die Fabri al volgt van in zijn bankentijd, moet zich echter tevreden stellen met een eis tot voorwaardelijke straf. De uitspraak moet volgen eind juni 2018. Hubert Fabri zelf meent dat hij het slachtoffer is geworden van een complot tegen zijn persoon en houdt vol dat Socfin elke expansie begeleidt met een sociaal verantwoord programma. In zijn vrije tijd is Hubert Fabri een fervent verzamelaar en investeerder in oldtimers, met name in Aston Martins. Hij woont momenteel in Genève, Zwitserland.

U ziet hier de video die de NGO Fian B maakte over Socfin: