Adel sterk vertegenwoordigd in Bel-20

De 20 grootste beursgenoteerde bedrijven van de Brusselse beurs tellen samen 249 bestuurders. 40 van die bestuurdersmandaten zijn bezet door mensen van adel. Daarmee is de adel goed voor 16 % van alle mandaten. Ter vergelijking: slechts 0,27 procent van alle Belgen is van adel. Daarmee is de adel 60 keer beter vertegenwoordigd in de toonaangevende beursindex dan zijn aandeel in de bevolking. Maar het adellijk aandeel loopt wel terug. In 2010 werd nog 20 procent van de zitjes in de Bel20-bestuursraden bezet door de adel.



Een en ander werd in kaart gebracht door de Franstalige financiële krant L’Echo. Van de 20 bedrijven die de toonaangevende Belgische beursindex Bel-20 uitmaken, waren er eind 2016 slechts vijf die geen enkele edelman of edelvrouw onder hun bestuurders telden. Dat waren Proximus, Engie, Elia, Galapagos en Ontex. Van de andere bedrijven zijn er vijf die zich onderscheiden door een relatief grote vertegenwoordiging van adellijke bestuurders: Solvay en Bekaert (elk 7), GBL (6), UCB (5) en AB InBev (3). Die 5 bedrijven zijn familiaal gestuurd en zijn dus ook terug te vinden in onze ranglijst.

Met die cijfers bekleedt België een unieke plaats in Europa. Bij de grootste Britse bedrijven zoals Shell, BP en Vodafone zijn er telkens één of twee edellieden in de raad van bestuur. Frankrijk kent het fenomeen van de nieuwe adel niet, omdat er sinds de Franse Revolutie van 1789 geen adellijke titels meer verleend worden. De oude adel, goed voor zowat 3.000 families, is er nauwelijks vertegenwoordigd in de grote beursgenoteerde bedrijven. Onder meer bij Bouygues, BNP Paribas en Carrefour zijn nog enkele edellieden te vinden.