Bart Verhaeghe maakt Belgische sprong

Bart Verhaeghe op het terrein van Uplace in MachelenUplace-ondernemer en Club Brugge voorzitter Bart Verhaeghe lijkt een identiteitscrisis door te maken. Wanneer wij deze website voorstelden, enkele maanden terug, hadden we het over het feit dat Verhaeghe zijn vennootschappen in Luxemburg had gehergroepeerd. Verhaeghe reageerde daar via zijn woordvoerster nogal geïrriteerd op. “We zijn helemaal niet naar Luxemburg verhuisd.” klonk het. Nu heeft Verhaeghe al zijn vennootschappen gerepatrieerd in zijn hoofdkwartier in Strombeek-Bever. En meteen is daarbij bijna 100 miljoen euro extra naar boven gekomen. Verhaeghe ziet zijn vermogen stijgen van 347 naar 444 miljoen euro, goed voor een sprong van de 52ste naar de 39ste plaats in onze ranglijst.



De groep van Bart Verhaeghe heeft zes Belgische bedrijven opgericht die voordien een adres hadden in het Groothertogdom Luxemburg. Het gaat in volgorde van financieel gewicht om Lakesprings, Beaver Lakes, UMP, Ourson Sports, Grizzly Sports en Workstay. In de gelijknamige Luxemburgse holdings parkeerde Verhaeghe al jaren zijn aandelen in het Belgische Uplace-project en voetbalclub Club Brugge. Met de oprichting is 100 miljoen extra vermogen naar boven gekomen.

Verhaeghe bevestigt de repatriëring in de krant de Tijd. “Maar er moet vooreerst een verschil gemaakt worden tussen de holdingvennootschappen en de operationele vennootschappen. De operationele groepsvennootschappen, zoals Uplace en Club Brugge, zijn vanzelfsprekend altijd volkomen Belgisch geweest.”, zegt Verhaeghe via zijn woordvoerster.

Daarnaast wijs hij op de context. “Al sinds de tijd van Eurinpro (zijn eerste vastgoedpromotor) heb ik ervoor gekozen de holdingvennootschappen van de groep in Luxemburg te vestigen omdat Luxemburg bij internationale investeerders bekendstond om zijn stabiele en rechtszekere klimaat. Voor de vennootschappen is er nooit een fiscale reden geweest om in Luxemburg gevestigd te zijn. Ze hebben nooit enig fiscaal voordeel gehad tegenover het Belgische regime. Maar vandaag merken we dat steeds meer investeerders voor hun internationale transacties een steeds minder uitgesproken voorkeur hebben voor het Luxemburgse tegenover het Belgische kader. Om efficiëntieredenen is daarom beslist alle vennootschappen van de groep in België te vestigen.”