CORONA – Virus eist het leven van Philippe Bodson, de manager die België niet Belgisch kon houden

Philippe Bodson is op 75-jarige leeftijd overleden aan corona. De ex-voorzitter van de werkgeversfederatie VBO werd twee weken terug met corona opgenomen in het ziekenhuis. Hij werd sinds een week beademd. Bodson speelde een belangrijke rol in een aantal grote financieel-economische dossiers aan het eind van de vorige eeuw. Zelf keek hij met gemengde gevoelens terug op zijn carrière in de Belgische ‘haute finance’. Hij was VBO-voorzitter toen de Generale Maatschappij als Belgische sleutelholding in Franse handen terecht kwam. Hij kon daarna de Belgische engineering groep Tractebel niet uit Franse handen houden. Hij maakte de ontmanteling van Fortis mee. En tenslotte lag hij mee aan de basis van de ontmanteling van het Ieperse high tech Lernout & Hauspie.



De Luikenaar Bodson bouwde als manager een sterke reputatie op. In eerste instantie als hoofd van Glaverbel, een slapende glasgroep die hij tot een van de efficiëntste in de wereld uitbouwde, later bij de ambitieloze groep Tractebel die hij op de wereldkaart zette. Glaverbel belandde echter in handen van de Japanse groep Asahi Glass. En wanneer de Franse holding Suez en diens topman Gerard Mestrallet besloten dat Tractebel en Electrabel, zeg maar de Belgische energiesector, Frans moesten worden, moest hij opnieuw het onderspit delven. Bodson vocht voor het Belgische karakter van Tractebel en Electrabel, inclusief de Belgische kerncentrales, maar verloor. De politiek kreeg veel kansen om er iets aan te doen, maar zowel de premier Jean-Luc Dehaene als zijn opvolger Guy Verhofstadt gaven prioriteit aan hun Europese carrière en ruilden de Belgische energie voor hun eigen persoonlijke toekomst. Ook Fortis kon Bodson na de bankencrisis in 2008 niet Belgisch houden.

Bodson had de repuatie te veel manager te zijn en te weinig rekening te houden met de belangen van zijn aandeelhouders, de ultieme eigenaars van de bedrijven. “De reputatie die ik had van problemen met mijn aandeelhouders te hebben, is voor mij de grootste nederlaag in mijn loopbaan.”, zo zei hij in 2009 aan De Standaard. “Het zijn Albert Frère en Gérard Mestrallet die mij die reputatie aangesmeerd hebben. Overal zijn ze gaan zeggen: Bodson moet niets van zijn aandeelhouders hebben. Niets is minder waar, het is totaal fout. Door die mythe te verspreiden hebben ze wel hun visie kunnen opleggen. Ik heb nooit de kans gehad me daartegen echt te verdedigen. De reputatie werd verspreid in de hoogste kringen in België en ik raakte van dat etiket niet meer af.” (Lees verder onder de foto)

Als grote manager kreeg ook Philippe Bodson zijn biografie in boek gesteld.

Ook in Vlaanderen had Bodson geen goede reputatie. In 2001 kwam hij als manager aan het hoofd te staan van het spraaktechnologiebedrijf Lernout & Hauspie dat toen al in financiële moeilijkheden verkeerde nadat er binnen het bedrijf omzetcijfers waren vervalst. “U kwam niet goed uit het L&H-verhaal. Men hoopte dat u de zaak zou redden, maar u kwam weinig in Ieper en arriveerde pas na de middag in Wemmel.” zo zei de journalist Pascal Dendooven in 2009 aan Bodson. “Ik ben er maar aan willen beginnen in januari 2001, toen het bedrijf onder concordaat stond. Men vroeg me al eerder als manager, maar ik wilde niet de verantwoordelijkheid van het neerleggen van de boeken dragen. Voor de rest: uw timing is correct. L&H was een Amerikaans bedrijf en de mensen in Amerika worden maar wakker om 7 uur ’s ochtends, dus bij ons om 2 uur in de namiddag. Vroeger in Wemmel arriveren had geen zin.”

Bodson leidde ultiem het faillissement in van L&H. Op die vraag hoe hij op die L&H-periode terug keek, zei hij: “Het bedrijf maakte onvoldoende echte omzet. De fraude in Korea is er eentje voor een gevallenstudie aan een businessschool. Ik heb zeer veel geleerd. (…) Sommige aandeelhouders van L&H waren niet tevreden omdat het bedrijf niet zelfstandig doorstartte, maar het bedrijf is wel blijven bestaan in een andere vorm. Er is een groot researchcentrum in Gent. Het is een beetje zoals Fortis. Veel mensen hebben geld verloren, maar er blijft een activiteit in België.”

Ultiem was Bodson een realistisch ontgoocheld man: “Mijn leven is een aaneenschakeling van nederlagen. Ik heb Glaverbel niet uit de handen van de Japanners kunnen houden, Tractebel en Electrabel niet uit handen van de Fransen, bij L&H en Fortis is het ook niet gelukt. Ca a toujours raté. Misschien heb ik niet goed onderhandeld. Misschien ben ik niet in staat geweest de politieke wereld te overtuigen. Dat is dan mijn fout geweest.”

In zijn laatste jaren was Bodson nog adviseur van de vermogende familie d’Andrimont, de vroegere eigenaars van de maalderijen groep Ceres die ten onder ging aan fiscale fraude. Hij was ook voorzitter van het beursgenoteerde bedrijf Hamon van de familie Lambiliotte maar opmerkelijk genoeg ging ook dat bedrijf ten onder. Bodson was ook voorzitter van de beursgenoteerde rederij Exmar van de familie Saverys. Hij ging ook even de politiek in en was senator voor de Franstalge liberalen van de MR tussen 1999 en 2003. Bodson werd ook in de adelstand verheven en kreeg de titel van baron.