De West-Vlaming Albert Bert is de stichter van de bioscoopgroep Kinepolis. Conceptueel staat Kinepolis voor grootschalige bioscoopcomplexen aan de rand van de stadscentra, met de garantie van een goede zit-, beeld- en geluidskwaliteit en een vlotte bereikbaarheid. Een hele marketingmond vol. Maar die ene zin moet worden afgezet tegen de vroegere bioscopen die in de Vlaamse parochiezalen waren terug te vinden: klein, duf, slechte en piepende zetels, kleine schermen.
Bert ging van start met een eerste complex van vijf zalen in Kortrijk, de Pentascoop. Later volgde in Gent de Decascoop. Het concept was snel duidelijk: meerdere zalen rond één centrale dienstverlening gekoppeld aan één distributieapparaat. Op die manier werd een verhoogd comfort voor de consument gekoppeld aan een goedkoper en grootschaliger apparaat. Met de familie Bert groeide Kinepolis uit tot een Europese marktspeler. Maar groeien kost geld en vergt risico’s. In Duitsland liep zo’n risico voor Kinepolis faliekant af. De overname van de groep Cinemaxx zadelde de groep op met een schuldenberg van 120 miljoen euro. Het avontuur duwt Kinepolis jarenlang in een defensieve rol.
Maar in 2008 keert het tij weer, ook met de komst van een nieuwe CEO, Eddy Duquenne. Met zijn komst verdubbelde de winst en halveerden de schulden. ‘Ons trekpaard’, zo noemt Joost Bert, de vierde generatie van de medestichtersfamilie Bert, zijn CEO. De kunst van Kinepolis bestaat er in de omzet op peil te houden, ook al loopt het aantal filmbezoekers gestaag achteruit. Maar dat deden ze ook, daarom dat het kernteam in 2014 80 procent van zijn tijd besteedde aan de uitwerking van expansie. In totaal heeft Kinepolis 35 bioscopen, verspreid over België, Nederland, Frankrijk, Spanje, Zwitserland en Polen. Toch benadrukt Duquenne dat de dagdagelijkse bedrijfsvoering prioriteit nummer één blijft.
In juli 2015 maakte Kinepolis de overname bekend van de Luxemburgse Utopolis groep. Utopia SA bestaat uit drie Utopolis-bioscopen in het Groothertogdom Luxemburg, vijf in Nederland, vier in België (Mechelen, Turnhout, Aarschot en Lommel) en één in Frankrijk. De groep ontving vorig jaar 3,4 miljoen bezoekers, goed voor een omzet van 41 miljoen euro en een ebitda van 7,5 miljoen euro. De vier Belgische vestigingen zijn daarbij goed voor 1 miljoen bezoekers.
Kinepolis heeft ook plannen met het vastgoed op haar balans. Vier vijfde daarvan bestaat uit niet bepaald rendabele parkeerplaatsen. In een Gents proefproject vormde Kinepolis een stukje parking om in 23 appartementen, meteen goed voor 5 miljoen euro meerwaarde. Kinepolis heeft duidelijk zijn tweede adem gevonden nadat enkele jaren terug iedereen twijfelde aan het bestaansrecht van mega-bioscopen in tijden van Netflix. Kinepolis zoekt nu ook expansie op de Noord-Amerikaanse markt, op zich al een gewaagd avontuur.
Net op het moment dat die expansie er kwam in Canada en de Verenigde Staten sloeg corona toe. “Happy” stond er te lezen op de illustratie bij de halfjaarcijfers van de groep in 2020. Maar als je het bericht las, was er niets om happy om te zijn. Het eerste halfjaar, dus inclusief de impact van corona, daalde het aantal bioscoopbezoekers met 54,1% tot 8,1 miljoen. De totale opbrengsten daalden met 52,7% tot 112,6 miljoen euro. Een winst van 18 miljoen euro in het eerste halfjaar van 2019 sloeg om in een verlies van net geen 30 miljoen in 2020. Kinepolis kon zijn financieringsvoorwaarden met de banken on hold zetten tot eind juni 2021. De koers van het Kinepolis aandeel stuikte in elkaar van 55 euro naar 30 euro. De familie Bert verloor als referentie aandeelhouder 383 miljoen euro om met haar vermogen te eindigen op 368 miljoen euro.