Het vermogen van de familie Sabbe werd opgebouwd door vader Jan Sabbe die in het West-Vlaamse Kuurne de tapijtenfabriek Prado uitbouwde. Maar in 1977 overleed Jan Sabbe op 53-jarige leeftijd nadat hij in Brussel werd aangereden door een tram. Zijn vier kinderen, twee zonen en twee dochters, waren te jong om de zaak over te nemen. Even kwam professor Walter De Backer er over de vloer. De professor economie profileerde zich op dat moment als crisismanager in de textielsector. Enkele jaren later, kort na zijn overlijden, komen de activiteiten van De Backer in opspraak na een onderzoek door het toenmalig Hoog Comité van Toezicht naar fraude met overheidsgeld. Dat onderzoek zal ultiem uitmonden in wat nu gekend is als “het dossier Beaulieu”. Het is in diezelfde periode dat Sylvia Sabbe, de jongste dochter van het gezin Sabbe, zich door de familie laat uitkopen. Ze huwde met Gino Coorevits, vastgoedinvesteerder en gewezen partner van De Backer. De familie financiert de uitkoop van Sylvia Sabbe door een deel van het vastgoed van vader Sabbe te verkopen.
Walter De Backer zal er niet in slagen Prado als crisimanager binnen te halen. Vader Sabbe was goed thuis in politiek conservatief Vlaanderen. Via zijn huwelijk was hij verbonden met de familie van André Vlerick, de sterke man bij Kredietbank en de christen-democratische CVP. Het is een vertrouwensman van de Kredietbank die Prado over die moeilijk periode heen helpt. In 1990 zal de familie het tapijtenbedrijf ultiem verkopen aan de beursgenoteerde groep Associated Weavers, nu een onderdeel van de groep Beaulieu. De band met Kredietbank, nu KBC, loopt nog een tijd door, zowel positief als negatief. Cathérine Sabbe wisselt in 1996 een bestuurdersmandaat bij Almanij, de controleholding boven KBC, voor een zitje in de raad van bestuur van KB Lux. Sylvia Sabbe en Gino Coorevits van hun kant zijn sinds eind 2008 verwikkeld in een juridisch dispuut met KBC Ancora, over de aankoop van KBC Groep-aandelen in 2007. De monoholding boven de bank-verzekeraar trok voor de rechtbank van eerste aanleg aan het langste eind.
Ivan Sabbe zijn carrière ging van start als commercieel directeur bij het Mechelse transformatorenbedrijf Pauwels. In 1997 werd hij ceo van de supermarktketen Lidl voor België en kreeg hij de opdracht om Lidl in België op de kaart te zetten. In totaal opende hij 279 Belgische Lidl-filialen. Na 13 jaar trok hij in 2010 de deur achter zich dicht bij Lidl en investeerde hij onder meer in Oekraïns vastgoed. Ondertussen was hij politiek actief.
Voor de liberale PVV en daarna de VLD zetelde hij van 1989 tot 1997 in de gemeenteraad van Kortrijk. Hij sloot zich in juni 2007 aan bij de net opgerichte Lijst Dedecker, waar hij een tijdje co-voorzitter en ondervoorzitter was. Na de Vlaamse verkiezingen van 7 juni 2009 kwam hij eind juni 2009 voor de kieskring West-Vlaanderen in het Vlaams Parlement terecht als opvolger van Jean-Marie Dedecker, die aan zijn mandaat verzaakte. Dedecker besloot om lid van de Kamer van volksvertegenwoordigers te blijven. Ivan Sabbe bleef Vlaams volksvertegenwoordiger tot mei 2014.
In 2012 nam hij het bedrijf ISPC, een horecaspecialist, over met vestigingen in Gent en Luik. In 2014 besloot hij zich volop toe te leggen op het ondernemerschap en niet meer op te komen bij de verkiezingen dat jaar, waarvoor de vooruitzichten voor zijn partij LDD niet goed waren. In datzelfde jaar kocht hij de visgroothandel Océan Marée. In 2017 verkocht hij ISPC aan de Nederlandse groep Sligro voor 32 miljoen euro.