De Libische miljoenen of hoe prins Laurent langzaam wegzinkt in het moeras van de financiële alligators

Hij loopt er al een tijdje mee te koop, prins Laurent. Zijn ondertussen failliet verklaarde vzw GSDT heeft nog 50 miljoen euro te goed van Libië. Maar die komt niet met geld over de brug. Wie dat wel doen, of toch op zijn minst beloven, zijn drie financiële aasgieren die afkomen op stervend wild. Twee van hen, Christophe Bonnafous en Sameh Sobhy, botsen met het gerecht nog voor ze iets kunnen doen. De derde, Robert Claushuis, vraagt een ‘commissie’ van 50 % wat zelfs voor prins Laurent net iets te veel is. Of hoe de broer van de Belgische koning in het vizier komt van financiële pooiers. Waarin een klein land groot kan zijn.



De claim van 50 miljoen van Laurent op een Libisch bebossingsproject werd al bevestigd door een Brusselse rechtbank. Wanneer de prins een beroep doet op de Belgische regering, in casu minister van Buitenlandse Zaken Didier Reynders, vangt hij bot. Die regering komt wel tussen bij de Libische overheid voor twee bedrijven, waaronder wapenfabrikant FN, maar niet voor Laurent. Die laatste ziet in de verte al een persoonlijk faillissement lonken en slaat in paniek. Hij lanceert een aantal publieke aanvallen op de regering en zijn eigen familie en roept luid om zijn 50 miljoen euro.

Dat is meteen genoeg om een aantal financiële hyena’s wakker te maken. De eerste die opdaagt is de 62-jarige Belgische Fransman Christophe Bonnafous. Hij benadert Pierre Legros, de vroegere stafhouder van de Brusselse balie en vereffenaar van Laurents vzw GSDT. Bonnafous, een specialist in offshore vennootschappen, zegt de 50 miljoen Laurent te kunnen recupereren in ruil voor een commissie van 5 %. In september vorig jaar wordt Bonnafous echter aangehouden en opgepakt in Brussel op verdenking van zware fiscale fraude. (Lees verder onder de foto)

Sameh Sobhy

Daarna volgt Sameh Sobhy, en Egyptische zakenman die in Brussel geld verdient met de import van textiel. Die komt met een origineel voorstel. Na zijn tussenkomst zal Libië 33 miljoen euro betalen aan Laurent. 10 miljoen komt in een vennootschap uit Schaarbeek terecht die dat geld zal besteden aan goede doelen. De laatste 7 miljoen komen op rekening van Sameh Sobhy. Wat Laurent niet weet is dat Sobhy verwikkeld is in verschillende wapentransacties met onder meer Libië. Ook de FBI is de man ondertussen op het spoor en laat zijn telefoon afluisteren. Daarin is sprake van helikopterverkopen via Bulgarije en uraniumleveringen uit Nigeria. Op zijn beurt wordt Sobhy opgepakt en in beschuldiging gesteld.

Volgens het magazine Paris Match is de laatste haai die opdaagt de Nederlander Robert Claushuis. Die werkt via het bedrijf East-West Debt als internationaal schuldbemiddelaar. Claushuis contacteert vreemd genoeg niet Laurent of diens omgeving maar wel de Italiaanse bankier Paolo Iorio. Die volgt in opdracht van Laurent de Libische dossiers op. Iorio werkt in Rome voor een Italiaanse dochter van BNP Paribas. Claushuis zegt dat hij zelf de volledige claim wil overnemen mits een korting van 50 %. Hij wil met andere woorden slechts 25 miljoen euro storten wanneer hij de rechten krijgt op 50 miljoen euro. De deal gaat niet door. (Lees verder onder de foto)

Ondertussen zit koning Filip In Zuid-Korea waar hij ook al in een mediamoment een dun plankje karate-gewijs in twee stukken heeft geslagen. Wanneer de koning in dit land nog één functie heeft, dan is het precies die van internationaal vertegenwoordiger. Dossiers zoals dat van zijn broer Laurent zijn dan ook het laatste waar iemand zit op te wachten. Rik van Cauwelaert zei het eerder al: laat de politiek de koninklijke familie redden want zelf is ze er te dom voor.