Rivalen Marc Saverys en John Fredriksen belonen elkaar in Euronav strijd (die om geld draait)

(Foto: Euronav)

De Belgische beursgenoteerde tankerrederij Euronav heeft tijdens het eerste kwartaal van dit jaar een opmerkelijke winst geboekt van maar liefst 175 miljoen dollar. Ter vergelijking: in het eerste kwartaal van 2022 dook Euronav voor 43,4 miljoen dollar in het rood. Al even merkwaardig, van die 175 miljoen dollar winst wordt maar liefst 154 miljoen dollar onmiddellijk uitgekeerd als dividend. Van die 154 miljoen komt telkens 38 miljoen euro terecht bij respectievelijk Marc Saverys en John Fredriksen. Beide concurrerende reders hebben de voorbije maanden een financiële strijd gevoerd op leven en dood omtrent de controle over Euronav. Beiden zijn ook bestuurder geworden van de rederij. Meteen is ook de ware inzet van die strijd nu duidelijk: de indrukwekkende winstgevendheid van de tankerrederij in het licht van de energiecrisis en de oorlog in Oekraïne. Beide opponenten geven zichzelf nu alvast een eerste financiële beloning.

Euronav heeft in het eerste kwartaal van dit jaar volop kunnen profiteren van de sterke tankermarkten. Met haar supertankers van 200.000 tot 320.000 ton die op de spotmarkt worden aangeboden, verdiende ze gemiddeld 51.400 dollar per dag, met de iets kleinere Suezmax tankers van 120.000 tot 200.000 ton zelfs 70.600 dollar per dag. Beide activiteiten zijn extreem winstgevend geworden nadat de Russische inval in Oekraïne de Europese gasmarkt gedeeltelijk drooglegde. Euronav blijft zeer optimistisch over de olietankermarkt, vooral omdat de totale tankervloot de komende jaren amper zal aangroeien. Er zijn weinig tankers in bestelling, gewoon omdat de scheepswerven tot eind 2025 volgeboekt zijn. Ze zijn nu volop lng-tankers en containerschepen aan het bouwen.



De voorbije maanden bouwden Marc Saverys en John Fredriksen via hun respectievelijk bedrijven CMB en Famatown een belang op in Euronav van 24,99 en 26,46 procent. Ze investeerden daarbij elk naar schatting 150 tot 300 miljoen euro. Met het huidige dividend wordt die financiële inzet nu al voor een stuk gecompenseerd. De strijd tussen de twee reders wordt momenteel beslecht in een arbitrage procedure. De Noor Fredriksen van zijn kant is alvast niet bang van een beetje oorlog. Zijn vermogensopbouw maakte grote sprongen tijdens militaire conflicten. Zo is hij in de jaren zestig actief als olietrader in de Libanese hoofdstad Beiroet. Tijdens de Vietnamoorlog monstert hij sleepboten en binnenvaartschepen voor de bevoorrading van het Amerikaanse leger. Wanneer olietransporten vanuit de Perzische Golf naar de VS in de jaren zeventig onmogelijk worden als vergelding voor de steun van de VS aan Israël in de Jom Kipoer-oorlog ligt Fredriksen op vinkenslag. Hij gokt op het herstel van de op dat moment ingestorte bevrachtingstarieven op lange termijn voor olietankers. Dat blijkt een juiste gok te zijn. Op slag wordt hij miljonair. Tijdens de oorlog tussen Iran en Irak, begin de jaren 80, is hij dan weer de enige die het aandurft om Iraanse olie te vervoeren. Nu strijdt hij met Marc Saverys om de gastankermarkt tijdens de oorlog in Oekraïne.