NIEUW – Vleesproducent Ter Beke-Pluma en familie Coopman boeken 19 miljoen verlies weg

 

(Foto: Belga Image)

De vleesproducent Ter Beke-Pluma uit Wommelgem heeft een overgedragen verlies weg geboekt van 19 miljoen euro. Dat gebeurt via een kapitaalverlaging. Dat kapitaal werd daarvoor opgetrokken met 76 miljoen euro door de Nederlandse versnijspecialist Berkhout Langeveld onder te brengen bij Ter Beke-Pluma. Zowel Berkhout als Pluma zijn onderdeel van het beursgenoteerde vlees- en voedingsbedrijf Ter Beke dat in handen is van de familie Coopman. Ter Beke gaat momenteel door zwaar weer. Vorige week werd bekend dat CEO Francis Kint deze zomer het bedrijf verlaat. Ter Beke wordt geconfronteerd met de vraag of het zich moet toeleggen op de productie van bereide lasagne, waar het Europees marktleider is, en de verwerking van vlees moet verminderen of zelfs volledig afstoten. Pluma is een sleutelbedrijf in laatst genoemde activiteit van de groep.



Ter Beke nam het Nederlandse Berkhout in 2007 over, toen nog voor 9,5 miljoen euro overnameprijs en 3 miljoen euro schulden. Berkhout beschikte op dat moment over 14 nieuwe lijnen voor het snijden en verpakken van vlees. Dat versnijden en verpakken van vlees was op dat moment een strategische keuze van Ter Beke om verder te kunnen groeien. Maar al snel bleek dat de afnemers van die verpakkingsproducten, Nederlandse grootwarenhuizen zoals Albert Heijn en Jumbo, geen gemakkelijke klanten zijn. Ze stellen strenge eisen inzake service en levering en pingelen af op elk contract.

Die versnij- en verpakkingsactiviteit is dus geen echte cash cow voor de vleesafdeling van Ter Beke. En die vleesafdeling heeft al te lijden onder de wispelturige varkensprijs die vorig jaar de pan uit swingde als gevolg van de Chinese varkenspest. Kwam daar in 2019 ook nog een listeriabesmetting bij in een Nederlands dochterbedrijf die drie doden eiste. Ter Beke mag dan al in zijn vleessector marktleider zijn in de Benelux, Pluma incasseerde in 2019 alleen al een verlies van 8 miljoen euro.

Beter vergaat het Ter Beke als Europees marktleider in lasagne . Het heeft eigen merken zoals Come a Casa en Vamos. Het maakt de lasagnes in België maar ook in Frankrijk, Polen en het VK. De winstmarges zijn er relatief stabiel. De Standaard schreef dit weekend in een analyse dat Francis Kint luidop de vraag stelde of Ter Beke niet voluit moest kiezen voor bereide maaltijden en de historische activiteit – salami’s en patés maken – niet beter kon verkopen. Voor de eigenaarsfamilie Coopman was dat een taboe. Kint leek weinig speelruimte te hebben. De sluimerende malaise is nu tot een kookpunt gekomen waarbij de raad van bestuur en Kint besloten afscheid van elkaar te nemen, aldus nog de krant.

Ter Beke stelt ongeveer 2.750 mensen te werk en haalde in 2019 een omzet van 728,1 miljoen euro, goed voor een netto winst van 4,4 miljoen euro. In het eerste semester van 2020 duwde corona het bedrijf in de rode cijfers voor 9,8 miljoen euro.