De veel geplaagde agro-industrieel Hein Deprez gaat zijn beursgenoteerde groenten- en voedingsbedrijf Greenyard op eigen kracht verder saneren. Die term “eigen kracht” moet hier wat worden gerelativeerd. De zaken kenden bij Greenyard immers een keerpunt sedert de nieuwe Nederlandse CEO Marc Zwaaneveld Hein Deprez kwam versterken. De huidige beslissing is gebaseerd op goede halfjaarcijfers van het bedrijf. Inzet vormt een verdere ambitieuze schuldafbouw van het bedrijf. Was dat gebeurd via een kapitaalverhoging, dan zou Hein Deprez zijn eigen waarde hebben zien verwateren tot ver onder het huidige peil. Iedereen mikt nu op continuïteit, ook de banken die de grootste schuldeisers zijn van Greenyard. Ze ondertekenden op 15 november een overeenkomst die Greenyard tijd heeft voor dat schuldherstel tot eind 2021.
Greenyard en Deprez kwamen in moeilijkheden door een combinatie van een te ambitieus overname-groeipad en een listeria uitbraak in één van haar fabrieken. De banken eisten een duidelijke schuldafbouw om hun vertrouwen in het bedrijf te behouden. Een zogenaamde “transformatieplan” uitgevoerd door Zwaaneveld zorgt er nu voor dat de omzet van de groep voor het eerste halfjaar, per eind september, stabiliseert op 1,9 miljard euro. De zogenaamde ebitda, de cashflow voor afschrijvingen en provisies, steeg van 41 naar 47 miljoen euro. Greenyard boekt wel een éénmalige boekhoudkundige afwaardering van net geen 30 miljoen euro op de aanpassingen van de marktwaarde op een aantal niet-kernactiviteiten die ondermaats presteren. Er werden ook al drie bedrijven uit de groep afgestoten. Dat alles resulteert in een verlies van de voortgezette activiteiten van net geen 45 miljoen euro tegenover 68 miljoen in dezelfde periode van vorig jaar.
Ondanks die verliescijfers geloven de banken dus in de verdere afwerking van het ’transformatieplan’. Ze geven het bedrijf daarvoor nu de tijd tot eind 2021. “De strikte uitvoering van ons Transformatieplan, aangevuld met nieuwe partnerschappen, benadrukt hoe belangrijk we het vinden om opnieuw een financieel gezond bedrijf te worden, zegt Zwaaneveld in een commentaar. We zijn er echter nog niet. We zitten nog midden in onze transformatieperiode. Zo’n periode wordt typisch gekenmerkt door variabiliteit en onzekerheid, vooral in de beginfase van zo’n proces. Desondanks hebben we, zelfs in deze transformatieperiode, er vertrouwen in dat we onze groep steeds meer kunnen versterken voor de toekomst.”
