Beurs 2018: Colruyt wint 1,4 miljard, voor de rest veel verliezers

Jef Colruyt

De distributeursfamilie Colruyt zag haar vermogen vorig jaar met 1,4 miljard euro aandikken tot 4,8 miljard. Die groei volgt op de explosie van de beurskoers van het Colruyt aandeel van 42 naar 62 euro. Bij Colruyt is de derde generatie aan de macht. Er zijn momenteel een 40-tal Colruyt telgen die aanspraak kunnen maken op een pakket aandelen van het bedrijf. Met zijn groeicijfers is Colruyt de grote uitzondering van de Brusselse beurs waar in 2018 bijna enkel verliezen te noteren vielen. Eerder hadden we het al over de 5 miljard verlies voor de Rijkste Belg, Alexandre Van Damme, en de koersval bij AB Inbev. Andere negatieve cijfers zien we bij de ondernemers Roland Duchâtelet (Melexis) en Luc Tack (Picanol en Tessenderlo) die elk 358 miljoen euro lichter worden.

Duchâtelet en Tack blijven wel staan in het begeerde lijstje van miljardairs. Dat is niet het geval voor management echtpaar Rudi De Winter en Françoise Chombar (Melexis) die terugvallen met 258 miljoen euro tot 834 miljoen euro. De veel geplaagde Hein Deprez moet samen met zijn groentenbedrijf Greenyard 300 miljoen euro verlies incasseren. Zijn vermogen valt terug van 455 op 155 miljoen euro.



We zetten voor u de opmerkelijkste stijgers en dalers onder de Rijkste Belgen op de Brusselse beurs op een rijtje.

Familie Colruyt                                                        + 1.455 miljoen euro

Familie du Bois (watergroep Spa)                       + 136 miljoen euro

Familie De Pauw (vastgoedgroep WDP)            + 106 miljoen euro

Roland Duchâtelet                                                       – 358 miljoen euro

Luc Tack                                                                        – 358 miljoen euro

Hein Deprez (Greenyard)                                          – 300 miljoen euro

Françoise Chombar (Melexis)                                 – 258 miljoen euro

Familie Ackermans (Ackermans & van Haaren)          – 166 miljoen euro

Familie Van de Velde (lingeriegroep)                            – 150 miljoen euro

Familie Sioen (technisch textiel)                                   – 98 miljoen euro

Familie Bert (Kinepolis)                                                 – 87 miljoen euro

Roland D’Ieteren (autohandel)                                     – 84 miljoen euro

(Lees verder onder de foto)

Er bestaat daarbij een duidelijk spagaat tussen de reële economie en de beurs. De economie houdt zich relatiefsterk. Veel familiale groepen die niet beursgenoteerd zijn, kunnen nog steeds sterke cijfers voorleggen. De koersen van beursgenoteerde aandelen daarentegen gaan gebukt onder de vele onzekerheden die boven Europa en de wereldeconomie hangen. Wat zal er gebeuren met het Amerikaans-Chinees handelsconflict? En wat met de Brexit? En zal de Italiaanse regering haar banken onder controle kunnen houden? Blijven de rente en de inflatie laag? En wat zullen de centrale banken doen? Allemaal onzekerheden waar beleggers in aandelen een aversie voor hebben.